275
19 JUNI 1969
Het doel, waarvoor dit soort voorzieningen in het leven geroepen wordt,
zal dus juist in het stadsrayon tot uiting komen. In deze zin heeft spreker
zijn opmerking in eerste instantie bedoeld.
Ten tweede zou spreker er op willen wijzen, dat de stichting een
verwijzende taak neeft - het staat in het stuk, en de wethouder heeft
het nog eens gezegd - en geen sanerende of therapeutische taak.
Het zal dus niet in de bedoeling liggen om de nieuwe stichting te
laten uitgroeien tot een instituut van een soort wijkraadslieden of
iets dergelijks. Dit zou ook inconsequent zijn, daar het college
deze ontwikkeling in een vroeger stadium heeft afgewezen. Als
laatste punt uit spreker de wens, dat aan het einde van de periode
waarover subsidie wordt verleend, een zeer duidelijke rapportage
komt over het werk, waaruit kan blijken, of dit werk nu wel zin
heeft, die hier wordt verondersteld. Voorts wil spreker gaarne zijn
in eerste instantie gestelde vraag over de aard van de deskundigheid
van de functionaris herhalen. Spreker stelt, dat zijn fractie zich niet
wil vastleggen voor een volgende periode dan nadat er duidelijk
omtrent de activiteiten is gerapporteerd. Spreker herhaalt, dat er
bij zijn fractie enige bezorgdheid omtrent dit voorstel bestaat. De
wethouder heeft aan het eind van zijn betoog gezegd, dat het de ge-
meente maar 6000, -- kost, daar het rijk de 24.000, betaalt.
Niet vergeten moet worden dat ookrijksgéidbelastinggeld is, zodat
daarmede met omzichtigheid moet worden gehandeld.
Over de opmerking over democratie meent spreker geen woorden
vuil te hoeven maken.
De heer WOESTENBERG wil nog even terugkomen op de opmerking
van de wethouder aan het slot van zijn rede, daar hij gelooft, dat de
door hem gemaakte opmerking niet goed is overgekomen. Spieker heeft
in eerste instantie bedoeld te zeggen, dat de leden van de afdeling
unaniem het voorstel hebben goedgekeurd en de uiteenzetting over
het verschil tussen 5000, -- en 30.000, hebben aanvaard.
Wie afwezig is heeft geen stem, als het er op aankomt. Dan wil spreker
nog even terugkomen op de woorden van de laatste spreker. Natuurlijk
is er belastinggeld mee gemoeid, doch dat is de hulpcentrale wel dege
lijk waard. Spreker meent niet veel woorden te hoeven vuil maken aan
het voorstel, omdat dit eigenlijk zonder veel woorden zou moeten worden
aangenomen. Spreker verwondert zich dat men weinig woorden besteedt
aan de democratie, doch zeer veel aan dit voorstel.
De heer V.D.ZWAN gaat in op de vraag van de heer van der
Werff, of er eigenlijk wel behoefte aan deze hulpdienst bestaat.
Spreker meent, dat die behoefte wel degelijk aanwezig is, doch deze
is nog latent, want de behoefte kan zich eerst manifesteren, wanneer
de hulpcentrale volop bekendheid krijgt bij iedereen en als de centrale
gemakkelijk te bereiken is. Mevrouw de Bonte heeft net zoals spreker
gepleit voor de bejaarden-. Aan de hand van gegevens uit andere grote
steden meent spreker te weten, dat bejaarden, wanneer zij een telefoon
aanvragen, binnen 14 dagen worden aangesloten. Spreker zou gaarne
zien, dat dit ook hier het geval zal zijn. Dit is een belangrijk punt,
niet alleen om de hulpcentrale te kunnen bereiken, doch ook om de
hulp te kunnen vragen aan kennissen, familieleden, de dokter of
25.