291
19 JUNI 1969
met de ontwikkeling, die hier is begonnen. Een experiment moet door
dacht zijn, zoals mevrouw de Bonte heeft aangegeven. Daarvoor zijn
een paar elementen nodig, o.a. ten aanzien van dit experiment, het feit,
dat overleg is gepleegd met alle hoofden van Bredase scholen. Met deze
hoofden van scholen, met de inspectie, is contact geweest. Niet alleen de
betrokken scholen, doch het gehele onderwijs is hiermede gebaat.
Natuurlijk wordt er van de voorgang mededeling gedaan aan het college
en via dit college aan de raadsafdéling.. Er is voortdurend contact met de
leerkrachten, die direct erbij betrokken zijn, terwijl de inspecteur van het
lager onderwijs zich heeft bereid verklaard dit experiment te begeleiden.
Als de heer de Gijsel spreekt over de pedagogisch-didactische medewerker
van de firma, die de materialen levert, heeft hij daarin gelijk, doch deze
begeleiding beperkt zich niet tot Breda, doch strekt zich uit tot alle
plaatsen, waar deze firma heeft geleverd. Oyerigens is dit experiment
niet alleen in Nederland, doch in 13 andere landen van betekenis, zodat
het een internationaal project is. Zeer belangrijke deskundigen begeleiden
deze methode. Maar het is niet alleen een kwestie yan deskundigheid,
van theorie, doch de opgave is, om het in de praktijk in te voeren,
oed te verwerken en goed aan te passen. Dat vraagt een inzet van
oofden van scholen ter plaatse en van leerkrachten. Ddai moet het
samenspel zijn om het experiment te laten slagen. Spreker meent niet
te hoeven ingaan op de opmerking van de heer Bayens over de betaling
van leer- en hulpmiddelen. Spreker heeft zelfs met de formulering
van de heer Bayens wat moeilijkheden, omdat hij er niet mede instemt,
doch wel overtuigd is. Omtrent de kosten is een afspraak gemaakt in een
goed overleg, hetgeen spreker bijzonder belangrijk vindt. Er is volledige
overeenstemming. Op opmerkingen van de heer Kramer zou spreker willen
antwoorden, dat de begeleiding in Breda toch wel goed in elkaar zit.
Spreker heeft moeite met de vraag van de heer Kramer om de school
besturen te verzoeken de ouders in te lichten. Spreker gaat ervan uit,,
dat die bijzondere scholen over allerlei zaken, die van belang zijn,
de ouders inlicht en via de hoofden der scholen, via de leerkrachten
via ouderavonden enz. Niet alleen over dit experiment, doch over aller
hande zaken, die van belang zijn. Spreker acht een verzoek aan de
schoolbesturen eigenlijk overbodig. Op de vraag van de heer de Gijsel,
wat te doen als het experiment mislukt, kan spreker antwoorden, dat
dan wordt gestopt. Men scheidt er gewoon mee uit. Als het experiment
niet oplevert, wat er van wordt verwacht, wordt misschien een nieuw
experiment begonnen en wordt uitgezien naar een goede bruikbare me
thode. Als men de verkeerde weg is ingeslagen, dan moet men de moed
hebben om terug te keren. Natuurlijk is research nodig. Spreker onder
streept gaarne de woorden van de heer van der Werff, die om informatie
omtrent de research van de resultaten heeft gevraagd. In zijn totale op
zet loopt het experiment van kleuterschool tot voortgezet onderwijs, met
name voor wat betreft de wiskunde. Als het eerste jaar slaagt, dan kan
het tweede jaar volgen. Misschien moet zelfs bij het kleuteronderwijs
worden begonnen. Spreker durft daarover thans geen uitspraak te doen.
Wel moet de research worden gevolgd. Het experiment speelt niet al
leen in Nederland, doch ook in het buitenland. De totale ervaringen,
etoetst aan de ontwikkeling in Breda, de ervaringen van mensen uit
et onderwijs, dit alles tezamen geeft de weg van de onderwijsvernieuwing.