325 17 JULI 1969. waarvoor het nu gebruikt is toch wel zijn waarde heeft gehad. Hij geeft toe dat men misschien meerdere malen de geluidswagen had moeten inzetten, maar dat is praten achteraf. Maar in principe is er door het college en de verkeerspolitie zo veel mogelijk gedaan om aan de nieu we situatie bekendheid te geven. Verder heeft de heer Woestenberg opgemerkt dat een optimale bevei liging nooit bereikt kan worden alleen door het plaatsen van verkeers borden, maar dat men ook het kruispunt had moeten beveiligen. Spreker zou hierop willen antwoorden dat het Wegenverkeersreglement een aantal voorzieningen aangeeft, waarvan men gebruik kan maken, afhankelijk van de omstandigheden waarvoor deze nodig zijn. Maar men kan noo*t zo ver gaan dat men ieder kruispunt met verkeerslich ten gaat beveiligen. Dit zou het tegenovergestelde zijn van wat het Wegenverkeersreglement beoogt. In feite zou dat namelijk betekenen dat men het verkeer lam gaat leggen. De heer van Werkhooven heeft gezegd dat hij het betreurd heeft dat deze kwestie niet in de verkeerscommissie behandeld is. Maar zegt verder ook dat hij blij is dat het bericht hierover door spreker gecorri geerd is. Hij heeft dit bewust gedaan en heeft daarbij duidelijk gesteld dat de vergadering van de werkgrpep verkeer niet het gevolg was van het gebeurde, maar dat deze vergadering reglementair een maand te voren werd uitgeschreven. De werkgroep is op maandag 14 juli bijeen geweest. Op 11 juli had zich het ongeluk voorgedaan. Het ligt toch voor de hand dat hierover dan in de werkgroep gesproken wordt. Spreker gelooft niet dat hij kans zou hebben gézien vanavond met de voorstellen te komep, die hij nu gedaan heeft, als men vooraf de verkeerscommissie nog had moeten horen. De brief is 15 juli verzonden, 16 juli binnen gekomen en vandaag is het de 17e. Hij meent dat men dan niet het verwijt mag maken dat de verkeerscommissie gepasseerd is. Interruptie heer VAN WERKHOOVEN: "Het is geen verwijt". Wethouder VERMEULEN: "Nee, een vriendelijke opmerking". De heer VAN WERKHOOVEN stelt dat door hem juist benadrukt is dat het niet tot de taak van de verkeerscommissie behoort over kwesties als deze advies uit te brengen. Wethouder VERMEULEN antwoordt de heer van Werkhopven dan verkeerd begrepen te hebben. Spreker merkt nog op dat hij in eerste instantie gezegd heeft dat de kosten voor het aanbrengen van de verkeerslichteninstallatie op de kruispunten Nieuwe Kadijk/Kapittelweg en Nieuwe Kadijk/Doornboslaan 120.000, -- bedragen. Hij heeft tevens gezegd dat het college voorne mens was deze installaties te bestellen. Formeel kan dat echter niet tenzij de raad het college daartoe machtigt en een krediet van 120 000, -- beschikbaar stelt. De VOORZITTER stelt vast dat de raad met het voorstel van wethouder Vermeulen akkoord gaat en een krediet van 120. 000, -- voor deze voorzieningen voteert.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 325