14 AUGUSTUS 1969
382
Ik ben ook van mening dat wij, als wij er toch iets aan doen, deze
speeltuin met geringe kosten ook attractiever moeten maken voor vol
wassenen, inzonderheid voor bejaarden, door het toevoegen van meer
parkaanleg.
Ik mis in dit voorstel echter de follow-up. Ik geloof n.l. dat het,
als wij tot herstructurering van deze speeltuin overgaan, belangrijk
is te weten wat het beleid in dezen is en dat geldt dan m. i. niet
alleen voor deze speeltuin, maar voor alle speeltuinen in de stad.
Gaarne had ik hierover een beleidsvisie gezien. Ik vrees n.l. dat wij
hier 20.000, -- in stoppen zonder dat hieraan een beleid, dan wel
een de raad onbekend beleid, ten grondslag ligt. Is dit wel de oplos
sing? Wordt bijvoorbeeld ook gedacht aan een rouleersysteem voor
het materiaal? Met mevrouw Jager zou ik willen zeggen: laten wij
het eenvoudig houden. Het is hiermee precies als thuis: als men de
kinderen een hoek vol speelgoed geeft, dan zijn zij in een mum van
tijd uitgespeeld. Bergt men echter het grootste deel op en vervangt
men af en toe het ene stuk speelgoed door het andere, dan blijft het
nieuw en attractief. Ik geloof dat dit ook een belangrijke gedachte
is voor die speeltuinen.
Ik heb wat moeite met dit voorstel. Ik heb dan ook nogal wat
vragen en ik ben benieuwd naar het antwoord dat ik daarop zal krijgen;
aan de hand daarvan zal ik mijn stem bepalen.
Tenslotte nog een laatste technische vraag. In de begroting van
20.000, is een bedrag opgenomen van 1088, voor opslag
motorhuur indirecte belastingen. Ik ben er tot nu toe niet achter
kunnen komen wat deze post, die ruim 5°]o van de begroting uitmaakt,
betekent.
Mevrouw KRENS-WAGTMANS: Mijnheer de voorzitter. Dit voorstel
is in onze fractie uitvoerig besproken en daarbij zijn enkele vragen
gerezen.
Ten eerste vragen wij ons af waarom dit bedrag niet ter beschikking
is gesteld voor een speeltuin in Hoge Vucht of in wisselaar, waar meer
dere malen is gevraagd om een grotere speeltuin. Het antwoord was
steeds dat daarvoor geen geld beschikbaar was. Waarom wordt dit be
drag van 20.000, dan niet daarvoor beschikbaar gesteld?
In de tweede plaats zien wij dat de rolschaatsbaan wordt opgebroken.
Iedereen weet dat de jeugd het ene ogenblik niet rolschaatst en dat
een week later de winkels overstelpt worden met vragen naar rolschaat
sen. Wij zijn bang dat er volgend jaar weer wel behoefte zal zijn aan
een rolschaatsbaan en daarom willen wij vragen of deze rolschaatsbaan
niet kan worden gehandhaafd.
De heer KRAMER: Mijnheer de voorzitter. Ik wil enkele opmerkingen
maken die voornamelijk handelen over de methodiek van het stuk. In
de eerste regel lezen wij dat het bezoek terugloopt en dat dit reden
is geweest dit probleem in studie te nemen. In de tweede regel staat
dat gebleken is dat er een andere inrichting moet komen en in de derde
regel volgt dan het voorstel. Als wij op deze weg doorgaan vrees ik
dat wij in de toekomst te maken zullen krijgen met ecnte mini-voor
stellen, wat in verband met de openbaarheid een kwalijke zaak is.