m 387 14 AUGUSTUS 1969 De heer van Gastel heeft mij inderdaad verkeerd begrepens maar volg het is ook mogelijk dat ik het niet duidelijk heb gezegd. Als dit kerir voorstel vanavond door de raad wordt aanvaard, zullen de grote voor speeltuinen onder beheer komen van de dienst voor sport en jeugd. van 1 Het is natuurlijk niet de bedoeling dat dit gebeurt door de dienst voor here: de sport en de lichamelijke opvoeding. Er zal echter een aantal mensen gepa moeten zijn dat deze zaken vanuit de dienst samen met de particu- zijn, lieren gaat "runnen". Zonder die inspiratie vanuit de dienst komt het 60 j; particulier initiatief n.l. niet van de grond, zoals ons is gebleken. D Wij zijn nl. met particulieren gestart. Dit heeft echter niet voldoende voor resultaten opgeleverd en daarom vinden wij dat wij er zelf iets aan het moeten doen. Als de heer van Gastel echter van mening is dat wij lede het alleen willen doen heeft hij mij inderdaad verkeerd begrepen. Wij willen alleen stimuleren en steunen. D dat Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het maa voorstel van burgemeester en wethouders besloten. rege vorr 7. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT BENOE- akkc MING VAN EEN DRIETAL LEDEN VAN HET COLLEGE VOOR DE sam VERLENING VAN BIJSTAND, ALS BEDOELD IN ARTIKEL 72 VAN DE ALGEMENE BIJSTANDSWET. V eem De heer VAN BANNING: Mijnheer de voorzitter. Ik neem aan vooi dat onder de ingezetenen die een beroep doen op deze wet een ten grote groep zal zijn van personen boven 65 jaar. Alvorens wordt het overgegaan tot het benoemen van nieuwe leden in de commissie alin zou ik gaarne van u vernemen of van deze commissie reeds mensen krin van 65 jaar of ouder deel uitmaken. wer zo De heer WOESTENBERG: Mijnheer de voorzitter. Ik ben het met ma; de vorige spreker eens dat het meestal de mensen van boven de 65 jaar Ven zullen zijn die een uitkering krachtens deze wet zullen krijgen. Met van alle respect voor deze mensen zijn zij het tegenwoordig toch niet om alleen die bijstand moeten vragen. Er zijn legio mensen van 40 jaar leg< en ouder die hun betrekking kwijtraken. Een ambtenaar komt dan dat misschien op een iets gemakkelijker stoel te zitten, maar iemand raai uit de particuliere sector niet. Wanneer die zonder werk komt, komt mei hij al spoedig bij sociale zaken terecht. Daar behoeft hij geen 65 jaar Grg: voor te zijn. In de voordracht zien wij drie dubbeltallen van een aftredend lid en een nieuwe kandidaat. De informatie hierover is te gering. Men slui kan nu wel zeggen dat wij inspraak hebben, maar met wie dan wel? heb Waarom en door wie zijn deze personen voorgesteld? Ik heb hierover me geen enkele informatie gehad. chi< kur Wethouder DE RAAFF: Mijnheer de voorzitter. De heer van Banning en heeft gezegd dat een groot deel van de bijstanduitkeringen zal gaan naar mensen die ouder zijn dan 65 jaar. Dit is inderdaad juist. mc

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 387