421 14 AUGUSTUS 1969 die door de Stichting Jeugd- en Jongerencentrum worden aanbevolen. De raad zal naar aanleiding van die volledige voordracht een besluit moeten nemen. Er is gevraagd waarom de jeugdadviesraad niet is gehoord. De jeugd adviesraad is bij de hearings aanwezig geweest en heeft derhalve kennis kunnen nemen van de opvattingen die er heersten. Een overleg in formele zin is er niet geweest, omdat de tijd daarvoor ontbrak. In verband met de vakantieperiode vergadert de jeugdadviesraad nl. aan het einde van de maand augustus; de vergadering in de maand juli is overgeslagen. Het college was van oordeel dat met dit voorstel enige haast moest worden betracht, teneinde zo spoedig mogelijk een jeugdadviesraad- nieuwe stijl in te stellen. Daarom is de jeugdadviesraad dus niet officieel gehoord. Op de hearings' is deze zaak evenwel duidelijk aan de orde gesteld. De heer Span.jer zou het aantal jeugdigen in de jeugdadviesraad wel graag willen vastleggen. Hij begreep niet waarom er nog geëxperi menteerd moest worden. Het college wil evenmin een experiment. Burgemeester en wethouders hebben vertrouwen in de jeugdadviesraad, althans in de jeugd die dit zal moeten waarmaken. Wil men de zaak zo goed mogelijk opzetten, dan zal er ook een zekere continuïteit aan wezig moeten zijn. Daarom hebben wij een termijn van vier jaar genoemd. Na die vier jaar is het afgelopen. Wij willen dus een doorstroming be vorderen en tegelijk de continuïteit verzekeren. Een experiment zou ik dat zeker niet willen noemen. De heer von Schmid wil de jeugd "het volle pond" geven door zeven jeugdige leden in de jeugdadviesraad af te vaardigen. Ik geloof dat ik daarop al voldoende ben ingegaan. De heer von Schmid heeft het college ook gesuggereerd bij de organisaties te rade te gaan. Dat doen wij al. Er zijn echter vele jeugdigen die niet in een organisatie zijn opgenomen. Het is zeer moeilijk om die jeugdigen te bereiken. Wij moeten die men sen zelf gaan zoeken en de kandidaten trachten te vinden die naar onze mening geschikt zijn. De Keer Melzer heb ik reeds verteld dat het voorstel tijdens de hearing ter sprake is gekomen. Overigens kunnen wij de jeugdigen wel horen, maar per slot van rekening moeten wij zelf de voordracKt opstellen. Daarbij behoeven wij niet altijd af te gaan op wat tijdens de hearing naar voren is gekomen. Dat is ook wel gebleken. Het enige voorstel is gekomen van de Stichting Jeugd- en Jongerencentrum; over andere voor stellen is niet gerept. Aan het betreffende voorstel zijn wij tegemoet gekomen ten aanzien van één man. De heer Kramer wil de kwestie van de plaatsvervangend voorzitter aan de jeugdadviesraad overlaten. Ik geloof dat dat verstandig is. De verantwoordelijkheid wil ik ook bij de jeugdadviesraad leggen. Mevrouw Jager heeft uit mijn woorden in eerste instantie opgemaakt dat de subsidies niet in het openbaar zouden moeten worden behandeld. Ik geloof evenwel dat ik veeleer te kennen heb gegeven dat er rustig in Ket openbaar gepraat moet kunnen worden over een aantal problemen die de jeugd betreffen. Het kan wel eens voorkomen dat men moeilijk in het openbaar kan discussiëren over een subsidie aan een bepaalde stichting of vereniging. De beslissing kan echter wel in het openbaar genomen worden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 421