ft 425 14 AUGUSTUS 1969 van het woordje "horen" hoop ik t.z.t. in de personeelsnota te vinden. Dit waren de opmerkingen die ik in eerste instantie wilde maken Kra naar aanleiding van dit voor onze fractie moeilijk verteerbare voorstel. raa spo Mevrouw JaGER-MIDDELBEEK: Mijnheer de voorzitter. Onze fractie var ziet dit voorstel als een duidelijke taakverdeling, waarmee zij akkoord en kan gaan. Wij hopen dat er geen doublures zullen voorkomen, iets dat var naar onze mening niet helemaal onmogelijk is. Wij zouden het voorts kor op prijs stellen als dergelijke belangrijke voorstellen niet zonder meer die panklaar zouden worden opgediend. Enig vooroverleg en een tijdige is c indiening van de voorstellen zien wij als een noodzaak. Het geven van gei meer inzicht maakt het raadswerk en het nemen van beslissingen be- nel paald gemakkelijker. Nu De heer VAN GASTEL: Mijnheer de voorzitter. Het onderhavige ^>e voorstel van burgemeester en wethouders vind ik zeer onduidelijk, ter- dal wijl de argumenten naar mijn smaak als onvoldoende moeten worden op gekenschetst. Ik mis te enenmale een opsomming van datgene wat wel in en datgene wat niét onder de dienst valt. Ik onderschrijf de woorden van me de heer Kramer wat dit betreft volledig. Er is mij geen enkel inzicht het geboden in de actieve, passieve, bovengemeentelijke en andere soorten vai recreatie. Ook ik maak bezwaar tegen het opvoeren van een nieuw me element in dit voorstel, nl. de secretarieafdeling welzijnszorg. Is er ook een welzijnsplan en zouden wij daarover misschien iets mogen die horen? Wie gaat adviseren over de subsidies? De sportstichting of de voi jeugdadviesraad? Zijn dit gelijksoortige colleges? In het ene college be treedt de wethouder niet, in het andere wèl als voorzitter op. Gaat kir de directeur van de sportstichting nu ook alles bedisselen op het gebied gel van jeugdzaken, of wordt te dien einde een eigen deskundige door de die dienst aangetrokken? Wordt de weg voor het particulier initiatief nog hel niet langer? Wat wordt verstaan onder "jeugd"? In de jeugdnota wordt ga. gesproken over jeugd en jongeren. Welke jeugd komt nu Dij de dienst? Ik heb ook bezwaar tegen de objecten die door het college aangewezen ve: zullen worden; dat maakt de zaak niet duidelijk. De commissie van afj advies is al door de heer Kramer aangeroerd. is Met betrekking tot de verordening heb ik moeilijkheden met punt 8 ph van artikel 2. Daar staat nl."het desgewenst begeleiden van niet- is gemeentelijke activiteiten" enz. Wie bepaalt dat "desgewenst"? In sp< punt 11 van artikel 2 wordt gesproken over "het organiseren van evenemen- be ten en het in dit opzicht stimuleren van niet-gemeentelijke organisaties". mi Ik heb groot bezwaar tegen deze redactie. Liever zou ik daar zien staan: "het stimuleren van evenementen bij particulier initiatief". pr< Samenvattend kom ik tot de conclusie dat het niet erg duidelijk op is waarover wij moeten gaan beslissen. Ik heb angst dat de inbreng van op de jeugd bij de dienst ertoe zal leiden dat het particulier initiatief zal vo worden afgeremd, in die zin dat nieuwe evenementen rechtstreeks door de de dienst ter hand genomen zullen worden. in no lo

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 425