431 14 AUGUSTUS 1969 Om de raad enige duidelijkheid te verschaffen, zou ik wel enkele objecten kunnen noemen, maar de opsomming is nog niet door mid del van een collegebesluit bekrachtigd. Gemeenschapshuizen, jeugd - gebouwen en de kinderboerderij vallen in ieder geval onder de dienst voor sport. Dit geldt voor alle jeugdgebouwen en alles wat daarmee verband houdt; dat is "jeugd" en "recreatie" samen. In feite gaat het alleen om dat beheer. Het beleid van de recreatie in het algemeen blijft bij het college en wordt niet gedelegeerd aan een dienst. Zo is volgens mij duidelijk genoeg gesteld dat er een betere taakverdeling tot stand gaat komen. Als er over recreatie in het algemeen gepraat wordt, wordt aan de verschillende diensten wel om advies gevraagd, maar het college houdt deze zaak dan toch bij zichzelf. Dat betekent dus dat de adviezen op de secretarie worden becommentarieerd. Ook over de recreatieobjecten waarbij sprake is van een samenspel met andere gemeenten zal alleen het college beslissen. Er is slechts een beperkte delegatie, waarmee naar het oordeel van het college de duidelijkheid gediend wordt. Wij zullen die duidelijkheid ook graag aan de raad meedelen, wanneer in het college een beslissing is genomen omtrent alle objecten. Aangezien er nog wel eens dingen voor de dag zouden kunnen komen, waarvan wij momenteel niet op de hoogte zijn, willen wij momenteel wat dat betreft enige voor zichtigheid betrachten. Ik wil wel duidelijk stellen dat het dan alleen maar over het beheer gaat en niét over het recreatiebeleid in het al gemeen. Een deel blijft rechtstreeks onder het college zonder dele gatie, een deel blijft bij de dienst voor beplantingen en een ander deel gaat naar de dienst voor jeugd, sport en recreatie. De heer van Gastel heeft zich afgevraagd of de weg van het particulier initiatief nu niet langer zal worden. Die weg wordt niet langer dan zij nu is en bovendien is dit een interne organisatiekwestie. Als de mensen erop geattendeerd worden dat zij voor jeugd-, recreatie- en sportzaken bij de dienst moeten zijn, dan kunnen zij naar de di recteur gaan. De adviezen komen op dezelfde wijze als thans bij het college terecht. Ik zie niet in dat de weg op die manier langer zou worden. De heer van Gastel heeft voorts gevraagd of alles wat met jeugd en jongeren te maken heeft onder de dienst zal komen te vallen. Het beheer van de objecten van jeugd en jongeren valt er inderdaad onder. Het gebouw van de Stichting Jeugd- en Jongerencentrum is echter eigendom van dé dienst voor openbare werken en valt alleen ten aanzien van het subsidie onder de dienst, met een advies van de jeugdadviesraad Volgens de heer Kramer zou de communicatie tussen het college en de raad vandaag wat gebrekkig zijn geweest. Wij proberen deze communicatie altijd zo goed mogelijk te doen zijn en ik heb al ver teld dat de scheiding van taken later alsnog aan de raad zal worden meegedeeld. Ik blijf er echter bij dat in de formulering de princi piële scheiding van taken aan de orde is gesteld.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 431