18 SEPTEMBER 1969 448 )VEN, die aanwezig zijn - uit nieuwe wijken van Breda en met de afdeling sport en recreatie - uiteraard indien de andere leden van deze afdeling ook iets voor haar denkbeeld voelen - een bijeenkomst te houden, H. J. waarbij de contactpersonen van de nieuwe wijken de wensen en be langen duidelijk kenbaar kunnen maken. Het zou daarbij gaan om de meest urgente voorzieningen, die nodig zijn om de nieuwe wijken werkelijk bewoonbaar te maken. Uiteraard moet ook voor de andere wijken de nodige aandacht blijven bestaan. Tegenover de wensen en verlangens van de stadswijken kan dan van de zijde van het ge uit, meentebestuur gesteld worden wat wèl en wat nie't op korte termijn n realiseerbaar is. Het wil spreekster voorkomen, dat dergelijke bij- s eenkomsten nuttig kunnen zijn voor beide partijen. Men maakt ken nis met elkaar, men hoort eikaars mening, waardoor een meer reële de inspraak van de burgerij het gevolg kan zijn. Zij verzoekt op zo kort mogelijke termijn na te gaan of de door haar bedoelde bijeen komsten kunnen worden gerealiseerd. E- ANT WOORD. ijke Wij zijn van mening dat zowel Uw raad als ons college op grond van ervaringen met in vroeger jaren gebouwde nieuwe wijken en ook door de contacten en informaties via persoonlijk onderzoek, de sportdienst, ING de sportstichting en de pers verkregen, een goede basis hebben om tot DERS: beslissingen te komen. Indien de raadsafdeling aan meer informatie 3-1969, behoefte heeft, zijn wij bereid daaraan tegemoet te komen. =n- In de praktijk van het bestuurlijke werk wordt door het college op velerlei terrein met de bevolking in haar diverse geledingen contact onderhouden. Aan de behoefte van de bevolking aan meer inspraak - medeweten, t medepraten en medebeslissen - trachten wij nog verder tegemoet te komen door uitbreiding en verbetering van voorlichting, het houden van hearings enzEen voorstel tot het inrichten van een voorlichtingscentrum in de kelderruimten van het stadhuis hopen wij binnenkort bij Uw raad aanhangig te kunnen maken. VRAAG. De heer VAN DER WERFF vraagt of het college reeds ruimten gehuurd heeft voor het onderbrengen van de cultuurdienst en zo ja of deze ruimten al in gebruik genomen zijn dan wel wanneer ze gebruikt gaan worden. ANTWOORD. In de vergadering van 12 december 1968 besloot de raad een gedeelte van het gebouw van de Raad van Arbeid aan de Markendaalseweg te huren ten behoeve van de huisvesting van de gemeentelijke cul tuurdienst (bijlage 1968 nr. 509). Omdat de start van de dienst nog enige tijd vergde, besloot ons college van verdere huur af te zien, daarbij overwegend dat te

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 448