455 18 SEPTEMBER 1969 dat het waterschap de Aa of Weerijs oevers gaat versterken, waardoor baggerwerkzaamheden noodzakelijk zijn en de volkstuintjes ter plaatse niet gehandhaafd kunnen worden. Het waterschap zelf zou aan het be stuur van de Bredase volkstuintjes echter hebben medegedeeld dat het de grond van de tuintjes niét nodig heeft. Is het mogelijk in overleg met genoemd waterschap tot een dusdanige oplossing te komen dat deze tuintjes alsnog gehandhaafd kunnen worden, zodat met name vele be jaarden, die in de directe omgeving wonen, deze zeer belangrijke vrijetijdsbesteding vooralsnog kunnen blijven uitoefenen? ANTWOORD. Voor de verbetering van de Aa of Weerijs overeenkomstig het in de raadsvergadering van mei 1969 goedgekeurde plan dient te worden beschikt over een brede strook grond van het volkstuincomplex in het Zaartpark nabij de Langendijk. Het resterende gedeelte heeft een dusdanig ongelukkige vorm, dat handhaving hiervan zonder meer, naar onze mening ongewenst is. Aanvankelijk gingen onze gedachten er naar uit het gehele restant bij het park te voegen. Wij zijn echter bereid te overwegen of het mogelijk is in het park een afgerond volkstuincomplexje - zij het van iets kleinere afmetingen - te handhaven. Voorts zijn wij bereid na te gaan, of elders compensatie kan worden gevonden voor de verloren gegane oppervlakte. Een verschuiving van het profiel van de Aa of Weerijs in westelijke richting is, afgezien van verdere geografische en hydraulische be zwaren, uitgesloten door de bebouwing en de particuliere eigendommen langs de Oranjeboomstraat. VRAAG. De heer MELZER is met het college van burgemeester en wethouders overtuigd van de paraatheid van de brandweer, zeker ten aanzien van de Grote Kerk. Naar zijn mening leveren echter de belendende percelen in de Reigerstraat, waarin onder meer een fritesbakkerij gevestigd is, ge vaar op. Indien aan de achterkant van deze panden brand zou uitbreken is hij er niet van overtuigd, dat er geen ernstige schade aan dit unieke monument veroorzaakt zou worden. Zijn vraag is of het behoud van deze panden opweegt tegen het risico dat de Grote Kerk loopt. ANTWOORD. Er zijn voldoende maatregelen getroffen, waardoor bij brand in de di recte omgeving van de Grote Kerk een snelle brandmelding en -bestrij ding verzekerd zijn. De omstandigheid, dat als gevolg van de aanwezigheid vaiji de belendende panden in de Reigerstraat het brandgevaar voor die kerk groter is dan an ders het geval zou zijn, vormt echter geen grond om die panden te amo- veren.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 455