18 SEPTEMBER 1969
486
De heer KRAMER: Ik sluit mij gaarne aan bij de woorden van
de heer Quadekker. Ook ik kan met net voorstel akkoord gaan en
meen dat het verstandig is dit besluit te nemen zonder verder om te
kijken.
De heer SPANJEJ.Ik moet zeggen dat mijn fractie wel akkoord
gaat met dit voorstel, maar dan toch uitsluitend op grond van de over
weging dat hiermee een nare zaak uit de wereld is geholpen en beslist
niet omdat zij van mening zou zijn dat de gemeente ook maar in
enigerlei opzicht een morele verplichting zou hebben om door mid
del van een extra subsidie de schulden te delgen. De enige uitzonde
ring die wij wat dit laatste betreft willen maken geldt de betaling
van de achterstallige pensioenpremies. Het achterwege blijven daar
van zou rampzalige gevolgen voor de betrokkenen kunnen hebben.
Wij beseffen voorts dat de afwikkeling van de gehele affaire voor
uw college bepaald geen sinecure was en derhalve gaan wij, zoals
reeds gezegd, met dit voorstel akkoord.
Wethouder GIELEN: Veel heb ik hierop naar ik meen niet te
antwoorden. Het verheugt het college dat hiermee een einde wordt
gemaakt aan een eventueel nog hangende zaak, maar wij zullen
maar niet omzien naar het verleden, want het is al weer zo lang
geleden. Ik wil nog wel opmerken dat de hoofdoverweging van net
college is geweest dat het in dezen gaat om de betaling van, zoals
reeds gezegd, achterstallige pensioenpremies en ook van salarissen
die leraren niet hebben ontvangen terwijl zij wel gedurende een be
paalde tijd onderwijs hebben gegeven. Er dreigde een vacuüm te
ontstaan tussen 1 september 1964, de datum met ingang waarvan
de gemeente haar subsidie had opgezegd, en het begin van de nieuwe
gemeentelijke school, die pas half januari 1965 open ging. Het col
lege is van mening dat men deze leraren toch moeilijk zonder be
taling kan laten en dit heeft het nu als hoofdargument genomen.
Er staan nog andere schulden op het lijstje, maar wij zijn doende
geweest en zullen doende blijven daarop kortingen te verkrijgen.
Zo is het mogen gelukken dat de schuld aan de belastingdienst,
die ruim f 10.000, bedroeg, werd teruggebracht tot 4000, --,
terwijl ook de Algemene Bank Nederland een duitje in het zakje
heeft gedaan, hetgeen wij zeer op prijs stellen. Zo zijn wij nog
bezig met enkele anderen en daarom is het wel juist wat de heer
Quadekker zei, namelijk dat het nu te voteren bedrag zeker niet
geheel gebruikt zal worden. Wij hopen er een stuk beneden te blij
ven. De afwikkeling van deze zaak zal natuurlijk gebeuren door de
liquidatiecommissie uit het voormalig bestuur, maar wel geheel in
overleg met de gemeente, zodat er alle garantie is dat de bedragen
inderdaad worden besteed voor het doel waarvoor zij bestemd zijn.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna conform het voor
stel van burgemeester en wethouders besloten.