511 16 OKTOBER 1969 Tegenwoordig: MEVR. TH.M.M. DE BONTE-DE MUNNIK, MEVR. W. JaGER-MIDDELBEEK, MEVR. M.W.B.A. VAN MIERLO-MUTSAERS, MEVR. O.M.C. STOCKMANN-VAN DER KALLEN, en de heren L. A. M. VAN BANNING, MR. G.W.A. BARIJ, J.E.F. BA YENS, H. BROEDERS, J.L.G. BROOIMANS, J. M. VAN BIJNEN, P.J. VAN C AU LIL, J.P.A. VAN DUN, C.A. VANDUIJL, J.W.A. VAN GASTEL, G.H.J. GIELEN, MR. R.A.H.M. GIELEN, J.P.M. GOOS, A.M. DE GIJSEL, A.P. JACOBS, A.B. KRAMER, A. KROON, A.W. VAN LOON, F.J. MELZER. J.H.M. QUADEKKER, A.H.W.M. DE RAAFF, JHR. DRS. F.A. VON SCHMID, A. SPANJER, J.F.V. VERMEULEN, DRS. Y.P.W. VAN DER WERFF, F. VAN WERKHOOVEN, F.C.M. WIERCKX, J. WOESTENBERG en W. VAN DER ZWAN. Afwezig:MEVR. S.C.M. KRENS-WAGTMANS en de heren H. BIEMANS, J.C.A. JANSEN en A.M.H.W. VAN DE MEERENDONK. Voorzitter: de heer IR. W.J.L. J. MERKX. Secretaris: de heer DR. J.P.A. VAN DEN DAM. De VOORZITTER opent de vergadering en spreekt het gebed uit, waarvan de tekst is opgenomen in artikel 10 van het reglement van orde voor de vergaderingen van de gemeenteraad. De VOORZITTER: Dames en heren. Ik deel u mede dat ik namens het bestuur van de gemeente en naar ik meen te mogen aannemen ook namens de bevolking van onze stad onze gelukwensen heb aangeboden aan de vader en moeder van prins Constantijn. Tevens heb ik een tele- ram met gelukwensen gestuurd aan Hare Majesteit de Koningin, dat aar als baronesse van Breda opnieuw de vreugde van het grootmoeder schap ten deel is gevallen. Ik neem aan dat deze telegrammen uw in stemming wegdragen, (applaus). Ik deel u verder mede dat bericht van verhindering is binnengekomen van mevrouw Krens-Wagtmans en van de heren Biemans en van de Meeren- donk, terwijl de heer van Banning heeft bericht iets later te zullen komen. 1. VASTSTELLING VAN DE NOTULEN VAN DE RAADSVERGADERINGEN VAN 17 JULI 1969 EN 14 AUGUSTUS 1969. De heer SPANJER: Onderaan blz. 392 in de notulen van de vergade ring van 14 augustus staat: "Er staat tenslotte een economische tegenwaarde tegenover. Voorts staat ongeveen in het midden op blz. 401:".want in het oude reglement staat evenals in het nieuwe voorstel dat er zeven leden moeten zijn die de leeftijd van 30 jaar nog niet hebben bereikt." Dit kan ik nooit hebben gezegd, want het is niet juist. Ik stel daarom de volgende wijziging voor: een punt zetten achter het woord "Jongerencentrum" en vervolgen met: "Zowel volgens het oude als volgens het nieuwe regle ment worden nog zeven leden voorgedragen door het college van burge meester en wethouders. Ook het oude reglement geeft in feite de moge lijkheid hierbij jongeren voor te dragen. Ik heb deze tekst op schrift gesteld.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 511