533 16 OKTOBER 1969 19. PREADVIES VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS INZAKE HET TOEKENNEN VAN EEN DUURTETOESLAG AAN GEMEENTESECRE- rijksr TARISSEN EN -ONTVANGERS. zegge ondei Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt achter- zulle eenvolgens overeenkomstig de voorstellen van burgemeester en wethouders op besloten. 20. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET UITKEREN VAN EEN DUURTETOESLAG AAN HET GEMEENTEPER - SONEEL. heb c gede] De heer VAN DER WERFF: Het college is geen struisvogel. Ik zou denbf beslist niet willen beweren dat het college ooit collectief de collegiale nivel kop in het zand stak. Ik vind het echter jammer dat het college zich bij dan^ dit voorstel uitspreekt vooi een compromis van een compromis. Ik zeg andei niet dat het er zich mee compromitteert, maar wel bestaat er ten prin- gebei cipale een vraagstuk. Het college ontkent dat niet, maar het neemt ver voor afstand van de vraag en dan nog zo weinig actief mogelijk, grammaticaal de pr gesproken. Het schrijft immers: "Hierbij wordt opgemerkt, dat... enz." spare Ik zou het liever wat duidelijker zeggen, dan klinkt het ook. positiever. Wat is de voorgeschiedenis en waar gaat het eigenlijk om? In verband maal met de prijsstijgingen kwamen er een voorstel en een rijksregeling --ik ralen kom daar straks nog op terug -- voor een duurtetoeslag van 1°]o voor de maar ambtenaren. Het betreft hier een eenmalige uitkering, zoals die hier de la en daar ook in het bedrijfsleven is toegekend. Dit impliceert voor de vloer betrokken ambtenaren van rijk, gemeente of provincie -- althans in het schaf initiële voorstel -- geen verhaal van pensioenpremie en geen inpassing in de dat i: trendmatige nacalculatie. Daarmee hebben wij alle lichtpunten wel gehad. van l Landelijk ging men knabbelen aan de 1% -regeling, door te komen hoge: met een voorstel voor een uitkering van minimaal 100, -- en maximaal de fu 300, Een compromis op landelijk niveau voor deze extra toelage wilt? werd tenslotte na veel onderhandelen gevonden op 110, -- als "vloer" maai en 260, -- als "plafond", zoals het college terecht opmerkt. Wij kun- dat e nen het er toch over eens zijn dat dat al een compromis was. Nu gaat opbo het Bredase college een volgend compromis aan, namelijk de vloer ver- kelij der optrekken tot het hier voorgestelde minimum van f 125, maar wat t dan moet natuurlijk ook -- want de gemeente heeft voor deze extra ambt uitkering slechts een vast bedrag beschikbaar -- het maximum naar bene- Daar den en wel tot 200, --. Daarmee heeft het college echter geen afstand aan c genomen van de beginselvraag, zoals gesteld, maar wel degeli jk een aan 1 beslissing genomen, zij het in overleg met het Georganiseerd Overleg. betre Daarmee heeft het college namelijk een voorkeur bepaald voor een ze- stelk kere mate van nivellering. Professor A.D. de Groot stelt dat je als docent syste van goeden huize moet komen om alle cijfers die je ter beschikking staan, deze dus van 1 t/m 10, te hanteren. De meesten durven dat niet en beperken zich a. tot het geven van vijven en zessen. De professor heeft er zelfs een boekje over geschreven. b.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 533