57
16 JANUARI 1969.
van Duijl, G. Gielen, R. Gielen, Goos, de Gijsel, Jacobs, Kramer,
Kroon, van Loon, van de Meerendonk, Quadekker, de Raaff, von
Schmid, Spanjer, van der Werff, van Werkhooven en Wierckx, tegen
stemden de heren van Dun, van Gastel en Woestenberg.
De VOORZITTER is verheugd dat het voorstel is aangenomen en
hij wenst wethouder Gielen hiermede geluk.
30. VERBETERING TRAPLEUNING IN HET GEMEENTELIJK GYMNA
SIUM.
Overeenkomstig het voorstel wordt besloten.
31. WIJZIGING REKENING-COURANTOVEREENKOMST MET INTER
GEMEENTELIJKE ORGANISATIE "DE BARONIE VAN BREDA".
De heer BROOIMANS zegt dat het hier om een niet onaanzienlijk
bedrag gaat, het krediet wordt meer dan verdubbeld. Hij neemt aan
dat hier sprake is van een cumulatie van voorzieningen van deze or
ganisatie. Het is hem bekend dat het ministerie van cultuur, recrea
tie en maatschappelijk werk niet onwelwillend staat tegenover subsi-
die-aanvragen voor recreatieve voorzieningen. Het zal spreker dan
ook interesseren of de intergemeentelijke organisatie "De Baronie van
Breda" van deze mogelijkheid tot het aantrekken van geldmiddelen
gebruik maakt. Iedere opname van geld door deze organisatie zal
immers een verbetering van de gemeentelijke kaspositie geven.
Wethouder VAN BIJNEN zegt dat dit de organisatie bekend is. Hij
heeft juist ook dezer dagen geïnformeerd bij het departement of daar
voorschotten op declaraties worden gegeven. Betalingen door het de
partement zullen op declaraties geschieden.
Het bedrag dat in het voorstel wordt genoemd heeft betrekking op drie
rijwielpaden. Aan het eind van het volgend jaar komt er nog een bij.
Ook al zal het ministerie van cultuur, recreatie en maatschappelijk
werk halverwege het jaar een gedeelte van het geïnvesteerd kapitaal
terugbetalen, dan nog moet dit nieuw krediet worden gevraagd. Het
rijwielpad "Rucphen" is nog in bespreking. Het ministerie zal daarna
zeggen of het bereid is ook daarvoor te subsidiëren.
Voorschotten worden dus niet verstrekt, maar wel wordt er na decla
ratie zo gauw mogelijk betaald.
Breda verstrekt rekening-courant-krediet, het voorgeschoten bedrag
wordt terugontvangen van de buitengemeenten en van het ministerie.
Er zullen dus ontvangsten plaatsvinden, maar er komen steeds nieuwe
voorstellen zodat er steeds nieuwe kredieten nodig zijn. Het logisch
gevolg van het subsidiëren is evenwel dat er geen gevaar bestaat dat
meer geld wordt geleend dan noodzakelijk is.
De heer VAN GASTEL krijgt uit het antwoord van de wethouder de
indruk dat die declaraties pas kunnen worden ingediend, zodra er be
dragen betaald zijn. Op de declaraties volgt een voorschot, totdat de
eindafrekening volgt. Hij zegt dit om uitdrukkelijk onder de aandacht
te brengen dat niet moet worden gewacht totdat het object klaar is.