583 13 NOVEMBER 1969. Wij zullen bezien of en zo ja welke maatregelen in de Tennisstraat kunnen worden genomen om een vlotte doorstroming van het verkeer te waarborgen. VRAAG. De heer MELZER deelt mede uit de pers te hebben vernomen dat het gebouw De Veste gesloten zou worden. Uit andere bron is hem ter ore gekomen dat er besprekingen zijn geweest over een creatief centrum ten behoeve van de jeugd in het gebouw De Veste. Hij vraagt te mogen vernemen of deze onderhandelingen inderdaad hebben plaatsgevonden en welke voorwaarden er gesteld zijn en waarom deze zijn afgebroken. Hij zou het betreuren indien wederom een groot gedeelte van de ruim- tebiedende gelegenheid in het centrum van de stad verloren zou gaan. ANTWOORD. Er zijn besprekingen gevoerd tussen de eigenaresse van de Veste, de stichting jeugd- en jongerencentrum en vertegenwoordigers van de gemeente ten einde na te gaan of de exploitatie van dit gebouw meer intensief zou kunnen zijn ten behoeve van jeugdigen en jongeren. Deze mogelijkheid bleek onvoldoende, enerzijds vanwege de gevraagde huur- som, anderzijds omdat het gebouw in zijn huidige vorm onaantrekkelijk is. Toen zich de mogelijkheid aandiende deze activiteiten onder te brengen in het K. M. T. aan de John F. Kennedylaan zijn wij na over leg met de stichting jeugd- en jongerencentrum besprekingen begonnen over de huur van dit gebouw. Deze besprekingen zijn nog niet afgerond. VRAAG. De heer VAN GASTEL informeert, of burgemeester en wethouders hebben kennis genomen van het artikel in "De Stem" van 10 april 1969 over de stichting tot codificatie van de Nederlandse volksverhalen. In dit artikel stond ook te lezen, dat de directeur Jacq. Sinninghe plannen heeft om te komen tot de oprichting van een carnavalsmuseum. Hij vraagt: 1. Is het college bekend met het feit, dat hierop velerlei gunstige re acties zijn gekomen, zowel van pers als van t.v. en andere publi citeitsmedia? 2. Zijn burgemeester en wethouders van mening, dat het voor de stad Breda aantrekkelijk kan zijn als enige in den lande een dergelijk museum te hebben? 3. Zo ja, zijn burgemeester en wethouders dan bereid alle steun aan het initiatief van de heer Sinninghe te verlenen en de spoedige re alisering van de totstandkoming van het museum mede te stimule ren? ANTWOORD. Momenteel hebben besprekingen plaats tussen de stichting tot Codifi-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 583