593 13 NOVEMBER 1969. mens mijn gehele fractie, maar u zult mij niet ten kwade duiden als ik hierbij ook de agendapunten 10, 11 en 20 bij betrek om niet vier maal het woord te moeten vragen. De VOORZITTER: Ik zou het op prijs stellen als u nu eerst over dit punt spreekt, het lijkt mij beter wanneer u uw opmerkingen daar nu toe beperkt. Mevrouw VAN MIERLO-MUTSAERS: Het gaat namelijk om de vergelijking, ik zou bij deze stukken graag uniformiteit willen hebben. De VOORZITTER: Als u daar een relatie bij wilt zien heb ik geen bezwaar, maar ik zou graag zien dat u zich eerst aan dit punt wijdt. Mevrouw VAN MIERLO-MUTSAERS: Ik spreek namens mijn frac tie als ik u vraag op enigermate uniforme wijze mededelingen te doen over de toepassing van het percentage van de verschuldigde B.T.W. In dit stuk wordt een bedrag van 2496, -- genoemd voor B.T. W. Niemand weet echter over welke bedragen deze B.T.W. geheven wordt, noch hoeveel procent die B.T.W. bedraagt. In het onderhavige stuk wordt de B. T. W. genoemd benevens de gehele optelling, terwijl in het stuk bij punt 10 geen B.T.W. is opgenomen, hoewel het om ana loge loonkosten en voorzieningen gaat. Weliswaar moet de inrichting door Jeka zelf worden betaald en daar behoeven wij dus geen B.T.W. over te betalen, maar ook over de loonkosten wordt geen B.T.W. opgegeven. Krijgen wij nu later te ho ren dat voor dit bedrag B.T.W. een extra krediet moet worden gevo teerd omdat er nu geen bedrag voor B.T.W. is opgenomen? In het stuk bij agendapunt 11 staat een bedrag genoemd voor "belas ting toegevoegde waarde op bovengenoemde werkzaamheden" en blijk baar niet op de leveranties. Ook daar is het bedrag B. T. W. bij de totaaltelling inbegrepen en de B.T.W. wordt hier alleen berekend over de loonkosten omdat er geen leveranties bij staan. Bij het stuk van punt 20 staat er helemaal niets over en is het er later apart weer bijgevoegd. Het is moeilijk voor een gemeenteraadslid hierin een duidelijk inzicht te verkrijgen, doordat er maar summiere gegevens worden verstrekt, laat staan te controleren of de berekening nog wel juist is. Ik herhaal dus mijn vriendelijke verzoek om een nauwkeurige opgave van de per centages en daaraan een algehele optelling toe te voegen. Ik zou daar naast willen verzoeken een dergelijke opgave niet te vergeten, zoals dat mogelijk in het stuk bij punt 10 is gebeurd. Ik wil graag mijn mede werking verlenen door te trachten de wethouder hierop te attenderen, maar ik zou nu graag uitsluitsel willen hebben over de vraag hoe het in het voorstel onder agendapunt 10 wordt geregeld. Wethouder VERMEULEN: Voor wat betreft drie punten kan ik op deze vragen antwoorden. Het vierde punt valt onder verantwoording van mijn collega Gielen van het Energie- en Waterbedrijf en ik neem aan dat hij daarover zal willen antwoorden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 593