13 NOVEMBER 1969. 602 te gebruiken zal zijn. In de staart van het stuk lees ik - ik heb wel eens gehoord dat in de staart het venijn zit - "op basis van de geldende re geling zal de kantine te zijner tijd worden verhuurd aan de R. K. v.v. Jeka". In die buurt en ook aan de Driesprong zijn zover mij bekend kleine voetbalclubs en ik vraag mij af of zij ook van die kantine gebruik mo gen maken als zij niet de letters R.K. voor hun naam voeren, zij het dan - dat is ook weer mooi gezegd - in onderling overleg. Ik ben een beetje bang wanneer hier staat: "op basis van geldende regeling zal de kantine te zijner tijd worden verhuurd aan de R.K. v.v. Jeka", dat ik het hiermee niet helemaal eens kan zijn, zeker niet als er een vrij hoog bedrag wordt uitgetrokken voor de totale bouwkosten. Ik zie dat bedrag hier wel gesignaleerd, maar het hoofd bouwkundige voorzieningen wordt in één keer genoemd en beloopt een bedrag van 109. 000, De c. v. -installatie zal 12.000,"-- kosten. Ik zie dit allemaal niet zo. Als er werkelijk openbare inschrijvingen worden gehouden, die ook ge specificeerd aangeboden moeten worden met opgaven van de te gebrui ken materialen, dan zal er een lager bedrag uit de bus kunnen komen. De heer SPANJER: Het is al weer een aantal jaren geleden dat ik lid was van de sportstichting en ik kan mij nog herinneren dat wij in die tijd uitvoerig hebben gestudeerd op het vraagstuk van clublokalen en kantines op de sportvelden. Het was niet zo'n moeilijk punt om vast te stellen dat dergelijke accommodaties op de sportvelden van belang waren voor de sportverenigingen. Het moeilijke punt was destijds de vraag wie dergelijke accommodaties moet bouwen. Om verschillende redenen zijn wij destijds tot de conclusie gekomen dat het het beste zou zijn als de gemeente de gebouwen bouwt om ze daarna aan de sportverenigingen te verhuren. Ik wil een paar moeilijkheden noemen. Wanneer een sportvereni ging zelf gaat bouwen ontstaan al direct moeilijkheden over de eigen dom van de grond. Daar kwam nog bij dat het zelf bouwen door de ver eniging teveel afhankelijk was van de financiële draagkracht van de vereniging, zodat er moeilijkheden uit welstandsoogpunt verwacht kon den worden. Om die reden is mijn fractie uitermate verheugd dat wij nu weer een voorstel krijgen om de bouw van kantines als gemeentelijke eigendom te doen plaatsvinden. Dat daarbij de inrichtingskosten door de vereniging zelf zullen worden betaald is geheel overeenkomstig het advies dat de Sportstichting des tijds heeft uitgebracht. Daar is ook niets bijzonder mee aan de hand. De heer VAN CAULIL-: Ik wil meer in het algemeen hier iets van zeggen. Ik vind het jammer dat ik mijn opmerkingen naar aanleiding van dit stuk moet maken, omdat hieruit afgeleid zou kunnen worden dat ik het niet helemaal eens zou zijn met deze plannen of dat ik iets tegen de vereniging als zodanig zou hebben. Dat is echter niet het ge val, ik ben namelijk in tegenstelling tot vorige sprekers van mening dat het goed is dat hier een degelijk gebouw wordt gebouwd en ik ben het volledig met die plannen eens. Gelukkig wordt in dit voorstel niet gesproken over een "kleedhok", dat had er ook nog bij kunnen staan.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 602