607 13 NOVEMBER 1969. terugkeren. Anderen hebben dit met mij gesignaleerd. Deze ene gro te firma doet misschien wel een correcte prijsopgave, maar het zou beter zijn wanneer elke Bredase firma zou kunnen inschrijven bij een vrije aanbesteding, waar natuurlijk wel de te gebruiken materialen zijn voorgeschreven. De heer VAN CAULIL: Ik wil eerst een opmerking beantwoorden, want wie kaatst moet de bal verwachten, Wanneer een raadslid meent dat hij door mij op unfaire wijze is onderuitgehaald en de scheidsrech ter met opgeheven vinger waarschuwt, ben ik blij dat hij niet naar mijn rugnummer heeft gekeken. Ik moet toch zeggen dat het geenszins mijn bedoeling is geweest en ik neem aan dat hij mij verkeerd heeft begre pen. Ik heb gezegd dat installaties met dit doel een zwaardere elek trische installatie vereisen dan wanneer het gewoon om lichtpunten gaat. Wanneer er elektrische apparatuur moet komen moet ook de elektrische installatie daarop berekend zijn en deze installatie zal daardoor duurder uitvallen dan wanneer het om gewone voorzieningen voor verlichting gaat. Ik heb gevraagd naar het voorkomen van onnodige concurrentie en het antwoord dat ik op deze vraag heb gekregen bevredigt mij niet helemaal. Ik ben wel blij dat het college heeft gezegd dat het de aan dacht heeft en dat het college in bepaalde gevallen al maatregelen heeft genomen, maar als u mij goed hebt begrepen is het volgende de bedoeling. Wij kennen richtlijnen en ik vraag mij af waarom wij deze richtlijnen niet algemeen van toepassing verklaren op alle ge bouwen op sportcomplexen. Wanneer wij dit per geval regelen krijgen wij alleen maar verwarring, wij weten niet waar wij aan toe zijn, bij de een mag het niet en bij de ander wel. Deze richtlijnen bestaan en ik heb alleen maar gevraagd of wij van het college een voorstel kun nen verwachten om deze richtlijnen algemeen van toepassing te ver klaren. Wij behoeven niet eens in details te treden er is een alge mene regeling en die moet op dezelfde wijze voor de sportcomplexen gelden. Ik proef uit het antwoord van het college dat het aan die mo gelijkheid heeft gedacht en ik vind het nu zo jammer dat deze rege ling te hooi en te gras wordt toegepast, waardoor er bij sommige ge legenheden aan wordt gedacht en waar die regeling ook inderdaad is toegepast. Ik vind het jammer dat wij niet tot een besluit kunnen ko men. Ik zou het college in overweging willen geven dit algemeen te regelen. Dat was eigenlijk de kern van mijn betoog in eerste in stantie. Wethouder VAN BIJNEN: Ik kan kort zijn. De heer Van Werkhoo- ven stelt dat de vereniging wel een aantal overdreven eisen kan stel len. Deze eisen zijn door de dienst voor Sport en Lichamelijke Op voeding bekritiseerd en besproken en teruggebracht tot het voorstel dat nu voor U ligt. De heer VAN WERKHOOVEN: Teruggebracht nog wel'. Wethouder VAN BIJNEN: Wij zijn uitgegaan van de eisen die ter tafel zijn gebracht en die wij praktisch altijd tot hetgeen noodzakelijk

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 607