13 NOVEMBER 1969.
664
Feijenoord? Er is reeds gesproken over de dure stadions in andere plaat
sen en het element self-supporting is ook al weer een fictie. Wij mogen
dat dan ook niet eisen. Wij mogen van N.A.C. of Baronie niet eisen
dat zij self-supporting zijn en met een fictie gaan werken. Ik vind dat
niet juist.
Over de belasting wil ik nog zeggen dat hoe hoog het bedrag
ook is, op het ogenblik is dat kennelijk niet exact te noemen want ik
hoorde verschillende getallen - als de een een getal noemt zit de ander
"neen" te schudden en omgekeerd -, maar hierin komt een belasting
element van importantie voor. Hoeveel het precies is weten wij dus
niet maar dat zal bij de begroting wel duidelijk worden. Wij zouden
dus kunnen stellen dat de verenigingen voor deze belastingopbrengst
iets van de gemeentelijke service terug mogen verwachten. In dat ver
band heb ik dus eigenlijk de kwestie van de belasting ten tonele gevoerd.
Tenslotte blijf ik aandringen op een subsidieregeling, en als ik
daarbij het woord "onvoorwaardelijk" gebruik, bedoel ik alleen maar
dat daarbij de eis van fusie niet mag worden gesteld. De gemeente mag
natuurlijk als zij goede voorstellen heeft en van mening is dat er be
paalde punten van kritiek zijn ideeën aan de hand doen om bepaalde
vormen van management in te voeren, waarbij men wel moet bedenken
dat dat ook weer geld gaat kosten. Het subsidie moet er inderdaad komen.
Ik ben ook nog bereid het voorstel van de heer Melzer te steunen als de
zaak weer wordt opengelegd en er overleg gaat komen dat toch tot sub
sidie zal leiden. De wethouder heeft gezegd dat tijd en raad ons mis
schien gelijk zullen geven, maar ik vind dat geen basis om een besluit
te nemen op dit belangrijke punt. Dit voorstel lost deze problemen in
genen dele op.
De heer BROOIMANS: Ik had in tweede instantie eigenlijk niet
zo heel veel meer willen zeggen, hoewel het niet juist is is het bedoeld
als commentaar op de opmerkingen van mijn collega's. Ik zou via u
willen wijzen op de labiele situatie waarin voetbalclubs kunnen verkeren.
Een goede plaats op de ranglijst wil niet zeggen dat de club ook het
volgend jaar nog zo goed staat, maar het kan ook andersom gebeuren,
men kan in drie jaar tijd promoveren, maar men kan in diezelfde tijd
ook heel wat zakken. Ik ben daarbij blij dat wij niet in de Tilburgse
situatie verkeren. Tilburg heeft heel veel geld in de voetballerij gesto
ken, zowel de gemeente als het bedrijfsleven, en ik ben blij dat wij in
Breda nog niet in deze situatie terechtgekomen zijn.
Ik blijf bij mijn standpunt dat ik ook in eerste instantie heb
verdedigd. Ik constateer een starre houding van de clubs en als men
stout is moet men maar met de billen bloot. Ik kan mij dus optrekken
aan de laatste zin van het preadvies, de deur naar het gemeentehuis
staat op een kier, hij staat steeds open en de daad is nu aan de betref
fende clubs.
De heer WOESTENBERG: Wethouder Van Bijnen zelf heeft het
college niet star genoemd, maar naar mijn oordeel is het college wel
wat star, althans wat eenzijdig. Als wij alle subsidies die in de loop
der tijden zijn gegeven bekijken, dan is dat subsidie van 25.000, --