669
13 NOVEMBER 1969.
gemeenten waar men de betaalde voetbalclubs subsidieert de meeste
zorgen hierover heeft. Waar men subsidie is gaan geven is men van
mening dat het eigenlijk niet juist is, maar men weet niet hoe het
wel moet. Wij zijn nog net op het moment dat wij geen grote subsidies
aan het betaalde voetbal hebben gegeven. Wij hebben drie jaar een
subsidie verleend, maar wij staan nu op het standpunt dat er eerst in
welke vorm dan ook - er moet straks over te praten zijn - een sanering
zal moeten plaatsvinden. Nu staan wij op het standpunt dat er in Bre
da één club moet komen, want wij kunnen er niet over denken aan
nog een andere club in Breda eenzelfde subsidie te verlenen.
De heer Van Caulil wil deze zaken in goede vriendschap blij
ven bekijken: wij moeten de deur op een kier laten staan en wij moe
ten te allen tijde bereid zijn onder voorwaarden, die voor het college
aanvaardbaar moeten zijn, met N. A.C. en Baronie te praten. Deze
deur blijft openstaan zoals ook uit het einde van het voorstel blijkt.
Wij hebben de raad nu niet in een andere situatie dan in september 1967
gebracht, want toen hebben wij besloten dat het college op deze wij
ze zou gaan starten. De studiecommissie heeft ook een gelijkluidende
opdracht gekregen.
De heer Kroon heb ik al beantwoord. Hij was van mening dat
wij op 18 april van het vorig jaar al in een impasse waren. Dat was
inderdaad het geval maar wij zijn wat te optimistisch geweest.Dat kan
ons naar mijn oordeel niet worden verweten. De heer Kroon heeft ook
nog gezegd dat dat misschien het moment zou zijn geweest de raad
voor te lichten. Wij zijn ervan uitgegaan dat de raad, als hij op de
hoogte zou zijn geweest, misschien had gezegd dat er mee opgehou
den moest worden en dat bij voorbeeld de heer Kroon zou hebben ge
zegd dat de besprekingen in een impasse verkeerden en dat zij gestopt
moesten worden. Wij hoopten echter, als wij op deze weg zouden
voortgaan, alsnog een oplossing te vinden. Wij zijn daarin niet geslaagd,
maar misschien komt tijd, komt raad.
De VOORZITTER: De discussies over dit agendapunt zijn gesloten.
Ik heb het voorstel voorgelezen en het lijkt mij verstandig dit voorstel
in stemming te brengen, tenzij men een stemverklaring wil afleggen.
De heer BA YENS: Ik zou namens mijn fractie willen vragen of
u het voorstel nog eens wilt voorlezen opdat het goed tot de raadsleden
kan doordringen wat de bedoeling van het voorstel is.
De VOORZITTER: U zult wel goedvinden dat ik het eerste ge
deelte van hst voorstel oversla. Het maakt natuurlijk wel wezenlijk
deel uit van het voorstel, maar uiteindelijk komt het op het volgende
neer. Het college wordt verzocht zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk
1 maart 1970 bij de raad een voorstel in te dienen waarbij aan de
Voetbal- en Atletiekvereniging N. A.C. in de eerste plaats over het
tijdvak 1 juli 1969 - 30 juni 1970 een tegemoetkoming wordt verleend
in de onderhoudskosten van haar speelvelden voor zover deze werkzaam
heden worden verricht door de gemeentelijke dienst van Beplantingen."