20 NOVEMBER 1969.
680
in enkele jaren een zeer belangrijke eerste aanzet is voor de verwezen
lijking van het recreatiegebied. Ook al zou Rijkswaterstaat dit zand
echter niet afnemen, dan nog ben ik ervan overtuigd dat de realisering
van dit recreatiegebied zeer wel mogelijk is.
De heer WOESTENBERG: De wethouder heeft gezegd dat
particulieren de kans zullen krijgen deel te nemen in het recreatieschap
en dat er dus geen overheidsexploitatie zal plaatsvinden. Ik meen ech
ter dat het op den duur toch ook economische gevolgen zal hebben,
zodat die overheidsexploitatie er toch wel van zal komen.
Verder staat in het stuk: "In afwachting van de totstandko
ming van dit schap is een tijdelijke bestuurlijke commissie gevormd,
waarin één lid van elk dagelijks bestuur der drie gemeenten zitting
heeft voor Breda is dit de wethouder van openbare werken --en
waarvan de burgemeester van Nieuw-Ginneken voorzitter is." De
"dritte im Bun de" wordt niet genoemd. Ook zie ik nog niet hoever de
andere gemeenten en Breda gaan in de kosten van dit project. Er wor
den kapitale bedragen genoemd en die doen mij terugdenken aan de
vorige vergadering, toen men zo'n moeite had met 36. 000. -- voor
het voetbalgenoegen van de Bredase bevolking.
De VOORZITTER: Dat heeft er dit keer niets mee te maken,
mijnheer Woestenberg.
De heer WOESTENBERG: Mijn eerste opmerking wel'.
De heer MELZER: Ik wil nog even terugkomen op het woordje
"als" of "wanneer". Wanneer het niet mogelijk is de eerste transactie
te realiseren, is dan in een later stadium wellicht de mogelijkheid
aanwezig dat die zandwinning toch doorgaat? Ik denk hierbij aan de
aanleg van de weg die aansluit op het verkeersplein bij de Valkeniers-
hoeve en die zal doorlopen in de richting Roosendaal. Ik ben het met
de heer Van Loon eens dat dit recreatiegebied ons bijzonder na aan het
hart ligt, zeker wat de unieke ligging betreft. Dit lijkt mij toch wel
een belangrijke overweging.
Mevrouw VAN MIERLO-MUTSAERS: Ik ben tevreden met
het antwoord van de wethouder. Nu weet ik tenminste enigermate de
getallen. De moeilijkheid was dat in het stuk werd gesproken van
circa" 3 miljoen m3. Men kan nu eenmaal moeilijk de beschikking
geven over een "circa" hoeveelheid.
Wethouder VERMEULEN: Tegen 58,3 cent per m3.
De heer VAN CAULIL: Ik heb getracht duidelijk te stellen
dat ik met het voorstel akkoord ga wanneer het gaat om het stichten
van een recreatiegebied. In de gesprekken komt echter steeds meer de
zandwinning naar voren. Wanneer een particulier zand zou winnen,
zou hij dat wellicht op een zodanige wijze doen dat wat er overblijft --