25 NOVEMBER 1969
716
Per 1 januari 1962 bedroeg het totaal van alle reserves 24. 078. 866, 37
welk totaal volgens de staat O behorende bij de begroting van de
leningsdienst zal zijn opgelopen tot 56. 841. 718,88 aan het einde
van het boekjaar. Na wat speurwerk blijkt bovendien dat zich ook
in het beleid terzake het gebruik van de geboekte rente in de loop
der jaren wijzigingen hebben voorgedaan.
In 1963 werd op een totaalbedrag aan berekende rente vanƒ 1. 039. 552,65
een bedrag van f 789. 020, 0 ofwel 76ten bate van de algemene
rekening gebracnt, terwijl dit bedrag in 1970, op het totaal aan be
rekende rente van 3. 021. 748, 72, is teruggebracht tot 730. 620, 53
ofwel 24%. Het is mij door tijdgebrek helaas niet mogelijk gebleken
precies na te gaan wanneer en terzake welke reserveringen het ge
bruik is gewijzigd. Wel is mij gebleken dat nogal wat berekende rente,
die in 1963 ten bate van de algemene rekening werd geboekt, nu
--in 1970 -- aan de reserves wordt toegevoegd. Dit is mijn hoofd
bezwaar tegen deze begroting. Ik moet het antwoord van uw college
afwachten, vooraleer ik tot een nadere standpuntbepaling kan over
gaan. Als het eventueel niet mogelijk mocht zijn tijdens deze be
grotingsbehandeling tot een definitieve standpuntbepaling te komen,
verwacht ik minstens dat uw college de raad middels een nota binnen
zeer korte tijd van zijn standpunt zal doen blijken.
Op de valreep -- vorige week maandag 17 november 1969 -- ontving
de raad alsnog de verdere beantwoording op de in het vraag en ant-
woordboek onder 4 gestelde vraag. Uit dit antwoord blijkt dat het
totaal van de batige saldi niet ruim 7.200. 000, -- heeft bedragen,
doch inclusief de saldi van de gemeenterekening 1967 en 1968 on
geveer 4.400.000, --. Verder ben ik erg dankbaar voordenadere
specificering van aan de reserves toegevoegde rente en de stand van
de reserves, zonder dat deze nadere precisering nochtans wijziging
van mijn standpunt oplevert. Het bevestigt slechts mijn veronder
stelling dat met betrekking tot het gebruik van de rente van het
eigen kapitial, de bedrijfsreserve, de reserves van derden en ook de
waarborgsommen in de loop der jaren wijzigingen hebben plaatsgevonden.
Uw mededeling dat over waarborgsommen geen rente wordt bijge
schreven en dat dit in 1970 ten onrechte wel is gebeurd, verrast mij.
Niet alleen in 1970, maar ook in 1968 en 1969 (en mogelijk ook daar
voor) werd rente berekend en aan het saldo toegevoegd.
Wat er rond die berekende rente precies is gebeurd is niet exact na
te gaan, omdat veelal het saldo aan het einde van het ene boekjaar
niet correspondeert met het beginsaldo van het volgende boekjaar.
In de ook in de aanvulling opgenomen specificatie van de stand
van de waarborgsommen is naar het mij wil voorkomen de berekende
rente wel degelijk begrepen. Hoe het mogelijk is deze aan het saldo
toe te voegen en deze tegelijkertijd ten bate van de exploitatie te
brengen is mij vooralsnog een raadsel.
Uw nadere toelichting zal ik evenwel gaarne afwachten.