25 NOVEMBER 1969
730
productiviteit volgen, dan zouden in 1970 130. 000 woningen gebouwd
moeten worden, in 1971 135.000 en vanaf 1972 140. 000. Met dit
laatste getal zou een productie verkregen worden, die volgens de
deskundigen voldoende is om het krottenprobleem daadwerkelijk tot
een oplossing te brengen. De minister zoekt de oplossing vrijwel uit
sluitend in doorstroming. Dit zou pas dan een oplossing kunnen be
tekenen als nieuw gebouwde, dure huizen maandenlang leegstonden,
hetgeen niet het geval is Het feit dat een gezin met een hoog inko
men een woning bezet met een voor dat inkomen te lage huur bete
kent dat anderen een voor hun inkomen te hoge huur moeten betalen.
Met het huidige kwantitatieve woningtekort als zodanig heeft dit
vraagstuk niet veel te maken.
Voor Breda wordt de oplossing van het krottenvraagstuk nog bij
zonder bemoeilijkt doordat binnenkort geen grond voor woningbouw
meer beschikbaar zal zijn. Hoewel gedeputeerde staten ervoor ijveren
om het grenswijzigingsplan zo spoedig mogelijk kracht van wet te doen
geven, zal deze beslissing te laat komen om de aansluiting aan de
bestaande bouwprogramma's te verzekeren. Een verkorting van de
achterstand in tijd had ongetwijfeld gevonden kunnen worden in het
bouwrijp maken van de Haagse Beemden. Hoewel het er met deze
plannen aanvankelijk goed uitzag, verkeren wij thans hierover vol
komen in het onzekere.
De houding van de raad van Prinsenbeek hangt duidelijk samen
met de agitatie die gevoerd is rondom het grenswijzigingsvoorstel.
Ook een -- relatief gelukkig klein -- deel van de Bredase bevolking
heeft zich tegen uitbreiding van de gemeentegrenzen verzet. Hoewel
ik niet twijfel aan de oprechtheid van de meningen van een aantal
van deze tegenstanders vind ik hun argumentatie zwak. Men beroept
zich steeds weer op de bestaande zelfstandigheid van de betrokken
gemeenten, doch deze zelfstandigheid is een fictie, indien men al
thans onder zelfstandigheid verstaat, dat de betreffende gemeente
het gehele scala van verzorgingsgebieden waarom de burger vraagt,
zelf kan verschaffen.
Voor de schoolgaande jeugd, voor werkgelegenheid, voor zieken
huisopname en voor de besteding van hun koopkracht zijn de inwoners
van de betrokken gemeenten in meerdere of mindere mate op Breda
aangewezen.
Naast een schreeuwend gebrek aan grond in Breda, beschikt men
in deze gemeenten over een overvloed aan grond. Breda heeft met
120.000 inwoners een grondgebied van 6147 ha, Prinsenbeek, Terheyden
en Teteringen hebben tezamen ongeveer 14. 000 inwoners en een grond
gebied van 7435 ha, dwz. per hoofd van de bevolking in Breda een
ruimte van 510 m2, tegen 5300 m2 per hoofd in de omringende ge
meenten. In een gebied dat groter is dan het hele grondgebied van
Breda wonen nauwelijks meer mensen dan in Breda in krotten wonen.