735 25 NOVEMBER 1969 De aanhang van de P P. R. bestaat grotendeels uit overtuigde Christenen die zich niet langer in een confessionele partij thuisvoelen. In katholieke kringen voltrekt zich hetzelfde proces als aan het eind van de jaren '40 in protestantse kringen. Het voornaamste bezwaar is wel dat de confes sionele partijen de radicaliteit van het Evangelie niet in de praktijk hebben kunnen brengen, zowel op nationaal als op internationaal terrein. Een sprekend voorbeeld op internationaal terrein is wel de hulpverlening aan onderontwikkelde gebieden, waar de Christelijke partijen, ondanks het voorbeeld van zendelingen en missionarissen, duidelijk tekort schieten. U zult begrijpen dat ik verheugd ben over de verklaring van de Bre dase centrale van het N. K.V.waarin staat dat zij de werknemers, al of niet georganiseerd, zal adviseren het Progressief Akkoord te steunen bij de raadsverkiezingen in 1970. Het ligt niet in mijn bedoeling in te gaan op de conflictsituatie tussen K.V P. en N,K.V. hier in Breda. Ik wil er alleen dit van zeggen: Naar mijn mening hebben niet alleen de Bredase verhoudingen tot het standpunt van het N.K. V. bestuur geleid, doch heeft de landelijke politiek hier ongetwijfeld ook een belangrijke rol in gespeeld. De K. V. P. tracht, als alle confessionele partijen, het onverzoenlijke te verzoenen; figuren als Cals en Schmelzer zijn lid van dezelfde partij. De tijd dat Cals zijn stempel op de K. V.P. kon zetten is helaas voorbij. Het kon derhalve niet uitblijven dat met name onder de vakverenigings leden het gevoel ging ontstaan dat met hun verlangens te weinig rekening werd gehouden. Hiermede ben ik gekomen aan het eind van mijn beschouwingen. Ik had het voornemen bij deze algemene beschouwingen diep in te gaan op de ontwikkeling van de binnenstad. Uw voorstel in de laatste raads vergadering heeft dit voor mij overbodig gemaakt. Ik hoop dat de ver kiezingen voor een nieuwe gemeenteraad volgend jaar een waardig ver loop zullen hebben en dat de Bredase bevolking een vertegenwoordiging kiest die zich bewust is van haar verantwoordelijkheid. Democratie is een groot goed en dit grote goed wordt de laatste jaren sterker aangevochten dan voordien het geval was. Niet dat men de democratie in discussie stelt, dat doet de N.P.D. in Duitsland ook niet. Het gebeurt, zowel van extreem links als rechts, op een veel listiger manier, n.l. door het in diskrediet brengen van haar organen, dus de gemeenteraden, provin ciale staten en kamers in den Haag. Ik vertrouw erop, dat bij de burgerij van Breda voldoende gezond verstand aanwezig is om te beseffen dat haar belangen niet veilig zijn in de handen van personen die slechts voor de publieke tribune spreken en de draagwijdte van hun onrijpe ideeën zelf niet kunnen overzien, doch dat Breda een gemeenteraad kiest die slechts één doel voor ogen heeft, n. 1. de belangen van de Bredase bevolking op de best mogelijke manier te behartigen. Hierna wordt enkele ogenblikken gepauzeerd. De VOORZITTER: De vergadering is heropend.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 735