744
25 NOVEMBER 1969
Inmiddels wordt de aflossing van de wacht reeds aangekondigd,
besprekingen worden gehouden en allerwege spreekt men over vernieuwing
en verjonging. Ik hoop dat alle partijen welke aan de komende verkiezingen
deelnemen -- volgens persberichten zijn er dit nog al wat -- terdege reke
ning zullen houden met het feit dat het raadslidmaatschap geen erebaantje
is, maar een taak waarvoor men zich ten volle moet inzetten. Laat men
zoeken naar mensen die hiertoe bereid zijn, die over bestuurlijke capa
citeiten beschikken en die constructief willen medewerken om een ge
zond eigentijds beleid te voeren, onze goede stad waardig.
Wat de opstelling van onze Prot. Chr. Fractie betreft, meen ik er
goed aan te doen nog eens duidelijk te stellen dat voor ons de beleving
van het Evangelie uitgangspunt voor onze visie op mens en maatschappij
blijft. Het is juist op grond van deze visie dat onze fractie voorstandster
is van een vooruitstrevende en slagvaardige politiek, welke oog heeft
voor de dynamiek van onze tijd.
Als elementen van een dergelijke politiek zou ik enkele eigentijdse
kenmerken willen noemen: het scheppen van omstandigheden en het tref
fen van maatregelen waardoor het welzijn van de bevolking wordt bevor
derd en de plaatselijke samenleving zich harmonisch kan ontwikkelen.
Daaronder verstaan wij een samenleving waarin de burger als mens met
eigen verantwoordelijkheid jegens God en de naaste kan leven.
Bij dit alles zal gestreefd moeten worden naar een openheid van bestuur,
waarbij bij het bepalen van het beleid steeds moet worden nagegaan of
het zinvol en mogelijk is de burgerij en de maatschappelijke instanties
meer inspraak te geven bij het besturen van de stad. Bij het realiseren
van deze politiek zullen wij, evenals in het verleden, voor de toekomst
blijven streven naar regelmatig overleg en nauwere samenwerking met
de K. V. P. -fractie.
Het is wel duidelijk dat wij, waar wij nog steeds van mening zijn
dat de bestaande contacten tussen de drie confessionele partijen zoals
die steeds meer gestalte krijgen in de rapporten van de "Achttien"
voortgang zullen hebben, de ontwikkeling op landelijk en plaatselijk
niveau met grote belangstelling volgen.
In dit verband wil onze fractie dan ook uitspreken dat zij het ten
zeerste betreurt dat het N.K.V. -grootbestuur Breda wat zijn politieke
activiteiten betreft is toegetreden tot het P A.K. Wij achten dit niet
alleen onjuist omdat de vakorganisatie naar haar doelstelling geen poli
tiek in algemene zin behoort te bedrijven, maar veel zwaarder weegt
voor ons dat door zo te handelen het N.K.V. -grootbestuur afbreuk heeft
gedaan aan de mogelijkheid aan te tonen dat christelijke politiek mo
gelijk is, dat christelijke politiek zeer vooruitstrevend kan zijn en moet
zijn en dat het N.K.V. -grootbestuur die politiek niet beheerst wil zien
door en vanuit het geloof. Wij zijn van mening dat het leven van Christus
ons duidelijk heeft aangetoond hoe fundamenteel die vernieuwing vanuit
het Evangelie kan zijn. Onze fractie betreurt het dan ook dat de bestuur
ders van het N.K.V. door deze politieke stellingname afbreuk willen
doen aan de doorwerking van een christelijk-evangelische politiek in
fundamentele en vooruitstrevende zin.
