754 25 NOVEMBER 1969 en De vraag was alleen of het moest gebeuren via annexatie, of in samen werking met die andere gemeenten op hun grondgebied. Als ik toen enig idee had gehad dat dit de krotopruiming had kunnen schaden, zou ik natuur lijk een ander standpunt hebben gekozen. Dit heeft voor mij geen enkele rol gespeeld. Dit wens ik dan ook bepaald niet daarmee in verband ge- ;r bracht te zien, zeker niet op dit moment, maanden na dat debat, want toen is het niét gebeurd. Ik vind het ook niet passen in deze tijd van nieuwe wegen naar een nieuwe democratie. Bovendien heb ik toen ook nog gewezen ten op mogelijke alternatieven zoals bijvoorbeeld de vorming van een stads gewest, althans een poging daartoe te komen. Verder heb ik er toen op e gewezen -- daar heeft de heer van der Zwan het tot mijn verbazing zo juist ook over gehad, want het paste niet in zijn betoog -- dat juist die annexatieplannen hebben geleid tot stagnatie in de besprekingen tussen Breda en de randgemeenten, waardoor in ieder geval de bouw in de Haagse Beemden vertraging heeft ondervonden. Dat was toen ook mijn standpunt en ook dat heeft iets te maken met krotopruiming. Verder wil ik er nog even op wijzen dat naar mijn weten ook het N.K.V.zeker in het eerste programma dat is gepubliceerd, heeft ge pleit voor een regionale oplossing en ik begin nu te veronderstellen dat de heer van der Zwan blijkbaar niet precies weet hoe althans één van zijn partners in het P. A.K. over deze zaak denkt. Misschien kan hij r dat nog eens even nagaan en komt hij er achter dat men ook daar een orde "verouderd" standpunt over deze kwestie heeft ingenomen, dat volgens mij juist een zeer goed standpunt was. Het kan ook bijna niet anders, ran want het is mij bekend dat de fractie van de Partij van de Arbeid tot nu jn toe nauwelijks bij het P. A. K.-overleg betrokken is geweest. Het is dus niet zo vreemd dat er enige kortsluiting bestaat over de juiste inzichten j van de partners in het P. A. K. Het lijkt mij zelfs helemaal niet onmogelijk dat hieruit ook nog eens een "Eindhovens conflict" voortkomt wanneer men zich er wel mee gaat bemoeien. Dat zullen wij maar rustig afwachten. Eerlijk gezegd zou dit eigenlijk ook wel goed zijn, tenminste voor de kiezers. Komt dat conflict er namelijk niet, met deze P.v.d. A. -fractie, wat krijgen wij dan? Dan gaat er een P.A.K. optreden dat geheel nieuwe wegen wil bewandelen -- want dat is immers de zin van het P.A.K. -- in combi natie met deze P. v. d. A. -fractie, die naar mijn bescheiden mening de incarnatie is van de geslotenheid. Progressieve geluiden heb ik er in de tijd dat ik in de raad zat eigenlijk nooit van gehoord. Ik wil verder helemaal niet persoonlijk worden, maar de heer van der Zwan heeft iets gezegd over wat hij van mij wist. Ik weet ook meer dan ge noeg van zijn fractie en ook van de huidige leiding ervan. Iemand die naar nieuwe wegen wil zoeken in onze stad en daar werkelijk achter staat, moet ontzettend goed weten wat hij doet wanneer hij met deze P. v. d. A. -fractie in het P.A.K. gaat samenwerken. Dan weet hij namelijk helemaal niet meer waar hij aan toe is. Ik vind het ook heel mooi -- dat past precies in mijn opvattingen -- dat de heer van der Zwan zegt dat de verhouding tussen de fracties hier zo "innig" is, ik zou bijna zeggen intiem. Dat is het nu juist. Dat heb ik steeds bestreden en ik niet alleen. Waarom komt het P.A.K. namelijk tot stand? Onder anderen juist om die volgens de heer van der Zwan zo gezellige verhouding in de raad -- nu ja, gezellig.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 754