25 NOVEMBER 1969
758
wat moeilijk te begrijpen als men er nog middenin zit, maar zo is het.
Vroeger hebben zij geweldig werk gedaan toen het ging om de emanci
patie van achtergestelde groepen. De problemen waarvoor wij thans zijn
gesteld zijn voor alle mondige mensen die op een of andere wijze in een
werkverband staan dezelfde. De partijen werken heel vaak met ideolo
gieën die geen verband houden met de praktische vraagstukken waarvoor
wij staan, gemeentelijk, landelijk en ook in de wereld. Zij roepen te
genstellingen op die van geen enkel nut zijn voor het algemeen belang.
Dat hebben wij zojuist nog kunnen zien. Zij trekken slechts een zeer gering
deel van de bevolking aan en isoleren de overgrote meerderheid van ac
tieve deelname aan de democratie. Als gesloten groepen barricaderen
zij de openheid, verhinderen zij de organisatie van de inspraak, belem
meren zij het contact tussen bestuur en bevolking, bieden zij geen, al
thans onvoldoende, tegenspel aan de overheid, vinden zij ook geen
wegen om de problemen van onze tijd bevredigend op te lossen en be
schermen zij in feite ongecontroleerde belangengroepen en economische
machten. Zij ontnemen de burgerij elk zicht op de wijze waarop het
beleid tot stand komt, boren elk initiatief uit de bevolking om tot al
ternatieve plannen te komen in de grond en beletten maar al te vaak
een visie op lange termijn. Wij zien het ook in Breda.
Bij netelige kwesties beslist heel in het geheim het door de heer
Kroon hoog opgehemelde seniorenconvent en wordt namens alle fracties
een nietszeggende verklaring geproduceerd. Tijdens een openbaar debat
kan er een schorsing zijn. Een fractie trekt zich terug en vergadert in
het geheim alvorens tot stemming over te gaan.
De heer MELZER: Toen was de baas er niet bijl
De heer VON SCHMID: Dat zal het zijn, dan wordt het natuurlijk
nog moeilijker; Wat dit betreft was het opvallend dat het voetbaldebat
vanavond nog even werd overgedaan, maar dat is een andere zaak.
Vaak is er dus, dat weten wij maar al te goed, sprake van fractie
discipline. Daar hebben wij in deze raad een heel duidelijk voorbeeld
van gehad.
De heer VAN LOON: Welk voorbeeld?
De heer VON SCHMID: Moet ik dat nog zeggen? Ik had het niet
willen ophalen, maar dat was bij de wethoudersverkiezing, waarbij
duidelijk werd gesteld dat iemand zich niet kandidaat kon stellen om
dat de fractiediscipline dat verbood. Dat is door de fractie gezegd. Verder
zijn er natuurlijk talloze zaken waarbij het niet zo duidelijk is, maar
waar het precies hetzelfde ligt, zoals iedereen weet.
Een echte discussie kan, omdat die fractiediscipline bestaat, dan
ook niet plaatsvinden, want men luistert eenvoudig niet naar de argu
menten van een ander omdat men zijn standpunt al heeft bepaald.
De heer VAN LOON: Gaat u dan zonder fractie werken?