27 NOVEMBER 1969.
790
Wethouder VAN BIJNEN: Hoewel de heer Van Loon in zijn alge
mene beschouwingen stelt dat hij niet wil terugkomen op de behande
ling van ons voorstel met betrekking tot het betaald voetbal in de raads
vergadering van 13 november, stelt hij toch een aantal klemmende
vragen. Hij betreurt de onduidelijkheid welke nog bestaat omtrent de
financiële consequenties van de overname nu of in de toekomst van
het N. A. C. -complex. Niemand heeft hierover duidelijkheid verschaft.
Ik zou erop willen wijzen dat in haar brief van 14 april 1969 de studie
commissie betaald voetbal ervan uitging dat de vereniging N. A.C. on
der nader te stellen voorwaarden bereid zou zijn het complex aan het
gemeentebestuur over te dragen. Omdat bovengenoemde studiecommis
sie het gemeentebestuur geen nadere gegevens over deze voorwaarden
en de verrekening van de kosten van onderhoud en nadere voorzienin-
fen heeft verstrekt, doch ook omdat het gemeentebestuur geen enkele
ehoefte heeft aan overname van het N. A.C.-complex, heeft de wet
houder van sport-, jeugd- en recreatiezaken zoals u bekend is in op
dracht van het college een gesprek met N. A.C. en Baronie geëntameerd,
waarbij bleek dat het N. A. C-bestuur niet dacht aan overdracht van het
complex aan het gemeentebestuur. Men kan er het verslag van deze
bespreking op nalezen. Het heeft duidelijk gesteld dat N. A.C. het beste
kan blijven waar het nu is gevestigd en dientengevolge is over een prijs
niet meer gesproken.
Uit de behandeling van het voorstel in de vergadering van 13
november moet de heer Van Loon duidelijk zijn geworden dat het ge
meentebestuur de deur open wil houden voor nieuwe besprekingen wan
neer daaraan behoefte bestaat. Er is duidelijk gesteld dat het gemeen
tebestuur bereid is het betaald voetbal te subsidiëren wanneer aan be
paalde voorwaarden wordt voldaan. Wanneer de heer Van Loon nu
vraagt binnenkort aan te geven onder welke voorwaarden het gemeente
bestuur bereid zou zijn het betaald voetbal te subsidiëren, moet ik hem
vooreerst verwijzen naar de behandeling van het preadvies over het be
taald voetbal, waarin deze voorwaarden zoals ze nu nog luiden zijn ge
noemd. Wel wil het college beloven de raad, zodra resultaten bekend zijn
van het overleg tussen de gemeenten waar betaald voetbal wordt gespeeld,
hierover in te lichten. Wellicht wordt hieruit dan een voorstel geboren
waarin minder stringente voorwaarden zijn gesteld. Nimmer zal echter
een voorstel van dit college kunnen worden verwacht zonder voorwaar
den ten aanzien van de nuttige en goede besteding.
Ik moge er nog op wijzen dat op 20 november, als resultaat
van het overleg tussen de wethouders van de vier grote Brabantse gemeen
ten, een brief is verzonden naar de colleges van burgemeester en wet
houders van deze gemeenten, welke brief na goedkeuring uiterlijk de
volgende week naar 42 gemeenten zal worden gezonden. Wij hopen
dat dit overleg zal leiden tot goede subsidienormen.
Ook de heer Kroon is zijdelings nog even teruggekomen op de
raadsvergadering van 13 november jl. Hij wijst op een kortsluiting. Ik
wil de heer Kroon verwijzen naar de behandeling van dit voorstel. Van
opzet of geheimzinnigheid is in deze zaak geen sprake geweest. Zoals
herhaaldelijk is meegedeeld, heeft het college het nut en het risico
tegen elkaar afgewogen in de schaarse momenten dat dit afwegen geboden
