821
27 NOVEMBER 1969.
horen zeggen" bedoelde ik dat er aanbiedingen moeten zijn voor het
verwijderen van huisvuil van de Ned. Heide Mij, de Grontmij en de
V. A.M. Ik bedoelde dus niet een verbrandingsinstallatie of alle mo
gelijke andere installaties, maar aanbiedingen die door de genoemde
instanties aan het gemeentebestuur zouden zijn gedaan.
Hiermee ben ik rond. Ik dank het college nogmaals voor de uit
voerige wijze van behandeling en wacht gaarne het antwoord in twee
de instantie af.
De heer VAN DER ZWAN: Ik wil beginnen met een woord van
dank aan het adres van u en van de andere leden van het college voor
de uitstekende beantwoording.
U bent zelf begonnen met de openheid, waarbij u o. m. hebt aan
gehaald de openbaarheid van afdelingsvergaderingen. Ik meen dat dit
een punt is dat nogal leeft bij de bevolking. Persoonlijk zie ik niet in
hoe dit direct gerealiseerd kan worden, ik verwacht namelijk dat het
gros van de afdelingsvergaderingen geen publiek zal trekken, terwijl
in andere gevallen als er bepaalde actuele onderwerpen zijn, het stad
huis misschien te klein zal zijn. Als een soort suggestie hebt u gezegd
dat wellicht de mogelijkheid bestaat - u moet zich daar nog over bui
gen - andere raadsleden die geen lid zijn van een commissie, toch de
commissievergaderingen te doen bijwonen indien zij daarin geïnteres
seerd zijn. Ik geloof dat dit een heel goed voorstel is, dat een aanloop
kan betekenen tot verdergaande openbaarheid van de afdelingsvergade
ringen.
Daarnaast hebt u ook gesuggereerd dat er een mogelijkheid is de
verslagen van de afdelingsvergaderingen aan alle raadsleden toe te
sturen. Ik zou dit toejuichen, omdat hiermee blijk wordt gegeven dat
het in die afdelingsvergaderingen niet zo geheimzinnig toegaat als
vaak wel wordt beweerd.
U ziet op dit moment nog geen mogelijkheden om in onze stad
te starten met wijkraden. Ik ben van mening dat deze wijkraden er op
den duur echt zullen moeten komen. Ik had niet verwacht dat u in uw
antwoord zou zeggen dat dit een mooi voorstel is en dat wij er volgend
jaar mee zullen beginnen, omdat ook ik van mening ben dat de instel
ling van wijkraden - ik heb dit ook gezegd in mijn algemene beschou
wingen - heel veel voorbereiding vergt. Anderzijds ben ik van mening
dat de democratie hierom op het ogenblik heel duidelijk vraagt. De
bevolking wil meer inspraak hebben, zeer zeker op het terrein van de
eigen wijk, en onze fractie is van mening dat een wijkraad daarvoor
het geëigende middel is.
Ik ben blij met uw mededeling dat het informatiecentrum, zoals
de zaken er op het ogenblik voorstaan, toch in de kelder van het stad
huis zal worden gevestigd. Wij zien met veel belangstelling de verde
re berichten hierover tegemoet.
Met de heer Van Loon ben ik van mening - het was mij namelijk
ook opgevallen - dat u zich waarschijnlijk hebt versproken op het punt
van de inspraak. U hebt gezegd dat wij via meer voorlichting moeten
komen tot meer weten of meeweten. Dat meeweten moet leiden tot