888 28 NOVEMBER 1969 komen van betere chemische roestbestrijdingsmiddelen, waardoor het stallen van auto's in de open lucht minder bezwaarlijk wordt en tenslotte door het feit dat ruime parkeergelegenheden voorhanden zijn. Ik ben het met dit antwoord volkomen eens. De huurprijs is gesteld op 30, -- per maand. Ik ben in het geheel geen rekenmeester, maar als wij de bouwprijs van deze garages op 3700, --if 3800, -- schatten betekent een huurprijs van 30, -- per maand -- dat is 360, -- per jaar -- dat in de 12 jaar dat een garage staat de rente en aflossing compleet is. Daardoor rijst bij mij de gedachte, als ik aanneem dat deze garages er veel langer dan 12 jaar zullen staan, dat deze huurprijs wellicht wat aan de hoge kant is. Uw college zegt nu wel dat deze huurprijs in verhouding tot de huurprijs van door particulieren gebouwde garages normaal is te noemen, maar dat is nog geen maatstaf. Het is namelijk heel goed mogelijk dat ook de huurprijs van de particuliere garages wat aan de hoge kant is. Ik wil om die reden vragen of er niets aan de huur te doen is, want ik vind een verlies van ruim 88. 000, -- aan de hoge kant. Wethouder VERMEULEN: Wij kunnen lang en kort over dit onderwerp praten, maar het gaat er hierbij om wat in het beleid gezien het verstandigst is. Het is natuurlijk het verstandigst dat een gemeente met betrekking tot de huurprijs van de garages over de gehele lijn uniformiteit tracht te handhaven en niet in een bepaalde wijk hierop grote uitzonderingen gaat maken. Ik kan mij anderzijds wel voorstellen dat bij een langdurige leegstand het prijsgeven van een bepaald gedeelte van de huur een middel kan zijn deze leegstand terug te dringen. Dat zou een zinnige oplossing kunnen zijn. Overigens ben ik er niet van overtuigd dat bij een lagere huurprijs de belang stelling voor die garages groter zou zijn. De fout, als u dat als een fout wilt zien, is niet veroorzaakt doordat wij de verhouding tussen het aantal garages en het aantal mensen in die buurt niet juist hebben geschat, maar doordat dit door allerlei oorzaken in de praktijk niet blijkt uit te komen. Wij zijn nadien dan ook heel wat voorzichtiger geworden met het bouwen van garages. Wij hebben de ruimten er voor wel gereserveerd, maar wij doen wat langzamer aan met het realiseren ervan. Ik wil de suggestie van de heer van Duijl best eens met de dienst doorpraten. Ik vind de huur tegen de achtergrond van het geïnvesteerde bedrag niet zo hoog, wij moeten er namelijk re kening mee houden dat rente op het ogenblik een heel belangrijke factor is. Rente loopt op het ogenblik van 8% tot 9°/o en als wij dan uitgaan van 10°/o per jaar over het stichtingsbedrag dan komen wij voor de overige kosten eigenlijk aan de minimale kant. Het is inder daad een beleidskwestie en het college zal erover moeten besluiten. Misschien zit er in de door de heer van Duijl gesuggereerde oplos sing een mogelijkheid als deze leegstand zich handhaaft. Meer kan ik er op het ogenblik niet over zeggen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 888