251 16 APRIL 1970 De VOORZITTER: Dames en heren. Er is alleen bericht van ver hindering binnengekomen van mevrouw de Bonte, van wie ik zojuist heb gehoord dat zij ziek is. Vervolgens deel ik u mede dat een tweetal leden uit ons midden mij heeft meegedeeld dat zij voor het lidmaatschap van deze raad heb ben bedankt. Het betreft zoals u bekend zal zijn de heer van Gastel, die mij op 22 maart een brief heeft geschreven, en de heer van de Meerendonk, die mij op 31 maart heeft meegedeeld dat hij bedankt. Hij zegt u nog zeer speciaal dank voor het medeleven dat u hebt betoond bij zijn ziekte. Van mijn kant wil ik beide heren gaarne danken voor al hetgeen zij voor de gemeente hebben gedaan. De heer van Gastel was lid van de raad vanaf 4 september 1962, de heer van de Meerendonk van 6 septem ber 1966. 2. VASTSTELLING VAN DE NOTULEN VAN DE RAADSVERGADERINGEN VAN 18 DECEMBER 1969 EN 15 JANUARI 1970. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming worden deze notulen ongewijzigd vastgesteld. 3. DE HEER WOESTENBERG WORDT ALSNOG IN DE GELEGENHEID GESTELD DE WIJZIGINGEN BEKEND TE MAKEN, WELKE HU WENST AAN TE BRENGEN IN DE NOTULEN VAN DE BEGROTINGS BEHANDELING 1970. De VOORZITTER: Zoals men zich zal herinneren heb ik de heer Woestenberg de vorige keer toegezegd dat er nog een mogelijkheid zou zijn zijn correcties aan te brengen. Ik wil die belofte vanzelfsprekend graag houden. Hebt u er behoefte aan daar nog iets over te zeggen, mijnheer Woestenberg? De heer WOESTENBERG: De onwaarheden zijn zo talrijk en de verdraaiingen zo veelzijdig en veelvuldig, dat ik er nog niet mee ge reed ben. Ik moet er wel bij zeggen dat het mij zeer verbaast waarom uitgerekend mi'jh tekst altijd moet worden verdraaid. Dat is mij opge vallen. Ik zal het u alsnog schriftelijk doen geworden als ik ermee klaar ben, maar ik heb nog minstens een week nodig om het rond te krijgen. Half werk is geen werk, ik geloof dat ik het goed moet doen. De VOORZITTER: Wij wachten nog even af, mijnheer Woesten berg. Ik zou u willen voorstellen het niet opnieuw op de agenda te plaatsen. Eerst moet de heer Woestenberg zijn stukken maar inleveren. Ik. vind het wel wat vervelend dat. u spreekt van "verdraaiingen". Het is allemaal letterlijk opgenomen op de band en dar. lijkt mij dus wat moeilijk. De heer WOESTENBERG: Ik heb bijvoorbeeld gesproken over geestelijk onvolwaardigen, maar ik heb het niet gehad over "halve gekken". Zo zijn er talrijke verdraaiingen en woorden die helemaal

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1970 | | pagina 251