16 APRIL 1970 292 Mevrouw VAN MIERLO-MUTSAERS; Ik moet zeggen dat dit voorstel mij enigszins bevreemdt. In plaats van het gebruik van parkeer- schijven wil men nu overgaan tot het plaatsen van parkeermeters. Aller eerst ben ik van mening dat, zoals het college zelf ook toegeeft, in beide gevallen hetzelfde doel wordt bereikt. In dat geval zou ik er voor zijn dat de gemeente geen parkeergeld heft. Dit doel is welis waar bereikt, zo wordt in het stuk gesteld, maar een verantwoorde controle op een juist gebruik van de parkeerschijven vergt zeer veel mankracht. Dit is dan ook de reden dat men op plaatsen waar dit mo gelijk is parkeermeters prefereert boven parkeerschijven. Overigens schijnt men graag de aandacht op die controle te wil len vestigen, want verder wordt in het stuk gesteld dat een van de andere redenen waarom men de voorkeur geeft aan parkeermeters is, dat de controle eenvoudiger is, hetgeen kosten bespaart. Ik begrijp niet waarom hierop zo de nadruk moet worden gelegd, want ik zie niet in dat die controle zoveel gemakkelijker is. Of men nu een parkeerschijf moet controleren of een parkeermeter, dat blijft voor mij precies hetzelfde: er moet iets gecontroleerd worden. Vervolgens stelt het college dat parkeermeters geld opleveren, dat kan worden gebruikt als bijdrage in de kosten van door de gemeente te treffen -- meestal kostbare -- parkeervoorzieningen. Ik weet niet of het zo is, maar ik beschouw die parkeermeters in feite als een soort belasting. Wij hebben maar zeer weinig mogelijkheden om gemeentelijke belastingen te heffen. Naar ik meen zijn het er maar vier, maar mag deze belasting nu wel geheven worden? De heer MELZER: Ik ga akkoord met het voorstel, want anders zou ik in de afdeling wel een afwijkende mening hebben laten horen. Ik wil het college echter wel vragen of het wellicht bereid is op korte termijn te onderzoeken welke winkelstraten er nog meer geheel of gedeeltelijk voor het plaatsen van parkeermeters in aanmerking komen. De heer WOESTENBERG: Ik heb al vaak gevraagd of er op de Haagdijk een blauwe zone zou kunnen worden ingesteld. Ik geloof namelijk dat juist de Haagdijk en ook de Boschstraat veel meer gediend zijn met de invoering van een blauwe zone dan met parkeermeters. De mensen worden er maar door op kosten gejaagd, want de kosten van onderhoud enz. zijn toch in de begroting opgenomen. Ik geloof niet dat het noodzakelijk is daar ook weer die eeuwige parkeermeters neer te zetten. Per slot van rekening hebben de mensen ook nog een beetje vrijheid nodig en als men dan maar precies die korte tijd mag parkeren die dat dubbeltje toelaat vind ik dat niet juist. Omdat ik meen dat een blauwe zone daar op zijn plaats is, ben ik in principe tegen dit voorstel. Het is bewezen dat het elders ook kan en ik zie dan ook niet in waarom in de Veemarktstraat wel een blauwe zone kan zijn en op de Haagdijk en in de Boschstraat niet. Wethouder VERMEULEN: Mevrouw van Mierlo vindt, en daar heeft zij geloof ik door de wijze waarop het stuk is opgesteld ook wel enige reden toe, dat de waarde die gehecht wordt aan parkeermeters

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1970 | | pagina 292