293
16 APRIL 1970
boven parkeerschijven enigszins wordt overtrokken. Op beide manieren
wordt natuurlijk hetzelfde doel gediend, namelijk de beschikbare par
keergelegenheid zo intensief mogelijk te doen gebruiken in het belang
van de bedrijven die in de stad gevestigd zijn. Het is ook om die reden
dat de bewoners van zowel de Haagdijk als de Boschstraat in overleg met het
gemeentebestuur hebben gevraagd of deze voorzieningen in deze straten kun
nen worden aangebracht. Wanneer men met de parkeerschijf een nog ruimer
gebied in de binnenstad gaat bestrijken dan nu al het geval is, komt men --
nog afgezien van de betaling -- wat de controle betreft voor de moeilijk
heid te staan dat de politie bij haar omvangrijke andere taken eigenlijk
niet voldoende personeel heeft om dit zeer intensief te doen. Wanneer
die schijven niet intensief worden gecontroleerd - - en dat kost echt meer
tijd dan het kijken naar een parkeermeter, waarin een wijzer zit die on
middellijk een duidelijk zichtbare aanwijzing geeft -- dan blijkt in de
praktijk dat de bedoelingen waarmee men die voorzieningen heeft ge
troffen niet of minder goed kunnen worden gerealiseerd. Wij willen die
bedoelingen echter heel goed realiseren en daarom hebben wij dus gekozen
voor parkeermeters, omdat de opbrengst van die parkeermeters -- dat lijkt
mij op zichzelf toch geen onfatsoenlijke zaak -- ons veroorlooft afzonder
lijke mensen aan te stellen, uiteraard gedetacheerd bij de politie, met
als enige taak een effectieve parkeerbewaking.
Mevrouw van Mierlo heeft verder gezegd dat zij dit een soort be
lasting vindt. Ik ben het daar niet helemaal mee eens, of misschien zelfs
helemaal niet. Uiteindelijk wordt er voor degenen die een bezoek aan de
stad willen brengen om inkopen te doen een mogelijkheid gecreëerd om
dat per auto te kunnen doen, welke mogelijk er anders niet zou zijn om
dat dan alles vol zou staan hetzij met langparkeerders, dan wel met niet
of onvoldoende gecontroleerde schijfparkeerders. Dat is een service die
er wordt verleend en ik geloof dat men er toch aan zal moeten wennen dat
men voor deze mogelijkheid om kort te kunnen parkeren een kleinigheid
moet over hebben. Als bijzonderheid mag ik hierbij nog vermelden, dat
de betrokken winkeliers zoveel waarde hechten aan deze voorziening, dat
zij hebben gezegd er zelf nog wel iets op te kunnen vinden om de klanten
die bij hun komen kopen op een of andere manier te compenseren voor het
dubbeltje dat zij hebben moeten betalen. Waar het in wezen om gaat is,
dat er een effectief systeem is waardoor een zo intensief mogelijk gebruik
kan worden gemaakt van de aanwezige parkeerruimte.
De heer Melzer heeft gevraagd of en in hoeverre binnenkort andere
winkelstraten ook voor deze voorziening in aanmerking komen. In principe
leeft bij het college en bij de mensen die met deze verkeerszaken te maken
hebben de mening dat wij op den duur van die parkeerschijven af moeten
en dat er dus ook in andere straten in de binnenstad op een gegeven mo
ment wel parkeermeters zullen verschijnen. Een van de plaatsen waar
bijvoorbeeld -- hoewel ik daar uit andere overwegingen persoonlijk niet
zo gelukkig mee ben -- binnenkort ook parkeermeters zullen verschijnen,
is voor de ingang van het Valkenberg, waar nu nog een blauwe zone is.
Ik meen dat dit een goede en verantwoorde ontwikkeling is en ik heb de
indruk dat alle betrokkenen, waarmee ik de winkeliers bedoel die er
uiteindelijk van moeten profiteren, er blij mee zijn en er zelf om vragen.