302
16 APRIL 1970
op sommige vragen op dit moment echt geen collegestandpunt zou
kunnen meedelen. Wanneer ik nu op onderdelen van die vragen zou
ingaan zou ik waarschijnlijk toch onvolledig zijn, hetgeen weer nieuwe
vragen zou oproepen. Ik meen dat er een duidelijke analyse van het pro
bleem op tafel ligt en verzoek de raad deze zaak nu niet geheel en al
uit te praten, maar een volgende keer, nadat het college zich hier goed
op heeft kunnen bezinnen.
De heer VAN DUN. Ik vind het erg prettig dat de vraagstelling is
overgekomen en ik ga geheel akkoord met uw analyse.
De VOORZITTER: Had u daaraan dan getwijfeld, mijnheer van Dun?
De heer VAN DUN: Nee, zeker niet.
De VOORZITTER Het zou kunnen.'
De heer VAN DUN: Zouden wij niet een kleine afspraak met
elkaar kunnen maken over het moment waarop het college denkt het
ei ongeveer te hebben uitgebroed?
De heer WOESTENBERG: U zegt, mijnheer de voorzitter, dat deze
zaak zo vaak in het college is besproken. Zo niet echter in de gemeenteraad.
Ik meen dat, als er iets besproken wordt, wij daarover ook tijdig en goed
geïnformeerd moeten worden.
De heer KROON: U zult wel begrijpen, mijnheer de voorzitter, dat
dit mij helemaal niet lekker zit.'
De VOORZITTER: Ja, dat begrijp ik best.'
De heer KROON: De heer Woestenberg zegt nu wel dat er in de raad
niet over gesproken is, maar integendeel, er is uitentreuren over gespro
ken. Nu zegt het college dat wij nog maar weer eens moeten wachten,
je zou haast kunnen zeggen.
De heer WOESTENBERG: Er is niet gesproken over datgene waar
het om gaat. U moet niet fantaseren, om de verhaaltjes van mijnheer
Kroon zitten wij niet verlegen.'
De heer KROON: dat het college zelf geen standpunt heeft op
het ogenblik.
Ik heb straks gezegd dat ik heel goed weet dat wij destijds een
besluit hebben genomen over het bouwblok Beyerd-V. V. V. als onder
deel van het civic-centre. Dat besluit ligt er nog. Ik heb echter ook
gevraagd of het zo langzamerhand geen tijd is daarop terug te komen.
U vraagt ons er niet teveel van te zeggen, maar ik wil mij graag
aansluiten bij de heer van Dun, die heeft gesteld dat wij nu toch eens
moeten weten wanneer wij werkelijk haring of kuit krijgen over wat het
college wil met dat civic-centre. Het duurt toch wel ontzettend lang,