365
14 MEI 1970
vijfde klassen en een gedeelte van de b. 1. o. -scholen. Wanneer wij
onze plannen willen uitvoeren zal daar nog menig jaar voor nodig zijn,
want eigenlijk moeten wij met de zweminstructie al beginnen in de
kleuterklassen. Wanneer men dus vraagt hoe lang het zal duren kan daar
onmogelijk een antwoord op gegeven worden. Wij hebben wel plannen,
maar wij moeten vooral ook rekening houden met ons budget. Het is
natuurlijk heel mooi van alles tegelijk op stapel te willen zetten, maar
wij moeten daarmee rekening houden in ons investeringsplan en wij
moeten rekening houden met de financiën die het rijk ons via gedeputeerde
staten toestaat.
De heer SMIT: De geruchten die de heer von Schmid heeft gehoord
zijn ook tot mi j doorgedrongen en in verband daarmee heb ik nog een
tweetal vragen. In de eerste plaats zal de suggestie van gedeputeerde
staten tot oplossing van de moeili jkheden waarover de wethouder heeft
gesproken, als ik op de geruchten mag afgaan, misschien kunnen wijzen
op een burgerzinlening. Zijn die geruchten juist? Verder spreekt de wet
houder over financieringsmoeilijkheden. Mag ik vragen of die te voorzien
waren en zo ja -- wat ik voorlopig aanneem -- wat is daar destijds aan
gedaan?
De heer VON SCHMID: Ik wil nog even terugkomen op het antwoord
van de wethouder op mijn vraag over de financiering. Bij mij kwam
uiteraard dezelfde vraag op als bij de heer Smit, namelijk hoe het komt
dat die financiering nu plotseling zo moeilijk blijkt te zijn. Het is nog
maar vrij kort geleden dat wij de maquette hebben gezien en toen is ons
eigenlijk min of meer voorgespiegeld dat het heel vlug zou gebeuren.
Wij hadden mogen veronderstellen dat men dan ook op de hoogte was
van de financieringsmogelijkheden, anders had men direct moeten zeggen
dat er nog bepaalde moeilijkheden te overwinnen waren.
Nu spreekt de heer Smit over een burgerzinlening -- overigens heeft
de wethouder dat nog niet bevestigd maar dat komt straks misschien nog
wel -- waarbij hij het heeft over "hoop" en over de "richting" waarin
het gaat. Dat is natuurlijk allemaal een beetje vaag. Er is in deze stad
wel een werkgroep Richting, maar ik geloof toch niet dat men het in die
"richting" zal zoeken. In ieder geval wil ik aandringen op een iets con
creter antwoord, vooral op de vraag of dit niet eerder te voorzien was.
Al wordt het nu geregeld, hoe lang zal het dan nog duren voordat dat
zwembad eindelijk tot stand komt?
Mevrouw jaGER-MIDDELBEEK: Ik heb tijdens de algemene beschouwingen
over het onderwerp sportaccommodaties duidelijk gevraagd of het niet mo
gelijk was over te gaan tot een burgerzinlening. Daar is toen nadrukkelijk
door de wethouder op geantwoord dat dat niet mogelijk was.
Wethouder VAN BIJNEN: De heer Smit heeft het geheim onthuld, ter
wijl mevrouw jager terecht stelt dat zij bij de begrotingsbehandeling
heeft gevraagd of een burgerzinlening geen uitkomst zou kunnen bieden.
Het antwoord van de wethouder van financiën was op dat moment zeker
juist. Het is nog juist, alleen weten wij nu dat het rijk dit door de vingers