380 11 JUNI 1970 Een soortgelijke opmerking geldt voor de begroting. Wanneer de begroting en de rekening ook worden aangeboden aan de gemeente raden, zodat deze de gelegenheid hebben er opmerkingen over te maken, dan is de termijn van een maand die in de artikelen 40 en 42 wordt ge noemd wel bijzonder kort. Daaruit k.rijg ik het gevoel dat het helemaal niet de bedoeling is de gemeenteraden erin te kennen, hetgeen volgens mij een gebrek aan democratische opzet is van het geheel. Een andere vraag is of Breda moet meedoen op grond van zijn streek - functie, zijn ligging en misschien -- maar daar zet ik een vraagteken achter -- zijn directe economische belang. Het is natuurlijk duidelijk dat het economisch belang en het opvijzelen van de streek in de eerste plaats ten goede zal komen en zal moeten komen aan de kleinere ge meenten. Wanneer ik echter verder ga en denk aan het hele probleem van de milieu-hygiëne, dan kan ik mij heel goed voorstellen dat de bestuurders van die kleinere gemeenten helemaal niet zo bijzonder gelukkig zijn, want als ik goed geïnformeerd ben is dit schap destijds van de grond gekomen doordat het rijk beschikte over gronden in dat gebied die het verkocht aan de Shell, waardoor -- zonder overleg met de kleinere gemeenten in de buurt --de gedachte is ontstaan daar een industriegebied te maken. Het is duidelijk dat die kleinere gemeenten daardoor min of meer verplicht waren een industrieschap op te richten. Dat is dan ook gebeurd en de zaak gaat gewoon door, want nu wordt Breda gevraagd op grond van zijn functie en zijn ligging, waaraan wij niets kunnen veranderen, daar ook in deel te nemen. Ik geloof echter dat de gemeenten te weinig zijn gekend in de voorgeschiedenis, hetgeen zeker geldt voor de gemeenteraden. Vervolgens wil ik nog een opmerking maken over artikel 9, waarin staat dat dat dagelijks bestuur, voordat aan de raad van bestuur een verordening ter vaststelling wordt aangeboden, het ontwerp daarvan toezendt aan gedeputeerde staten en aan burgemeester en wethouders van de gemeenten. Uit de voorbespreking in de afdeling heb ik begrepen dat hieraan zeer waarschijnlijk zal worden toegevoegd "de gemeenteraden'", maar dan zou ik het woord "gelijktijdig" er ook graag aan toegevoegd zien. Dir. om het mogelijk te maken dat het volgende punt, artikel 9 sub 4, vol ledig tot gelding komt. Mijn verzoek het woord "gelijktijdig" eraan toe te voegen is helemaal niet zo gek, want ditzelfde woord is in ongeveer hetzelfde verband opgenomen in artikel 42 sub 3. Het is dus alleen maar consequent het er hier ook bij te zetten. Nu zou ik nog een paar specifieke wensen kunnen uiten over de samen stelling van het dagelijks bestuur en de raad van bestuur, maar ik meen dat het beste voorstel afkomstig is van de heer van Loon. Wanneer dat te zijner tijd gerealiseerd zou kunnen worden, sluit ik mij daar gaarne bij aan. De heer MELZER: Het gebied rond Moerdijk is nogal vlak en ik ben het met de heer van Loon eens dat het preadvies van het college ook een nogal vlak stuk is, hoewel ik niet weet of het een met. het ander te maken heeft. Ik mis daarin duidelijk een uiteenzetting van het be - lang, de taak en het risico van hetgeen wij bij Moerdijk willen onder nemen, althans waarin wij willen participeren.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1970 | | pagina 380