40
15 JANUARI 1970
De heer Melzer heei op een foutieve naam gewezen. Dat kon
hij natuurlijk uitstekend. Ik m et er tot mijn spijt nog een aangeven,
namelijk nr. 10, de heer A. H„ Nielen moet zijn de heer H.A» Nielen.
De heer Woestenberg cn ook de heer von Schmid hebben gevraagd
hoe wij eigenlijk aan deze jongelui zijn gekomen. Ik moet zeggen dat
ik niet zelf, zoals in het evangelie staat, op de hoeken van de straten
en aan de ingangen van de stad ben gaan staan of op de pleinen ben gaan
kijken of daar jongelui waren die erbij wilden zitten. Wel hebben onze
ambtenaren overal inlichtingen ingewonnen. Wij hebben helemaal niet
gevraagd welke richting deze mensen vertegenwoordigen, wel hebben
wij hun gevraagd naar belangstelling en interesse in het totale jeugd
werk. De Jeugdadviesraad fs geen politiek orgaan, zoals ik de heer
Woestenberg bij eerdere behandeling al heb gezegd en daar wil ik nu
opnieuw de nadruk op leggen. In de Jeugdadviesraad zitten jonge men
sen en ouderen en van welke richting zij zijn interesseert mij niet, het
gaat er mij alleen om of zij mee willen denken en of zij belangstelling
hebben voor wat de jeugd in deze stad nodig heeft. Ik meen dat ik hier
mee tegelijkertijd ook ten dele heb geantwoord op de vraag van mevrouw
de Bonte. Wij hebben niet gekeken uit welke organisaties deze jongelui
komen, het liefst heb ik zelfs dat zij niet aan een of andere organisatie
zijn verbonden, want wanneer zij aan een jeugdorganisatie gebonden
zijn, voelen zij zich toch weer enigszins verplicht tegenover die or
ganisatie die ook subsidie krijgt van de gemeente en dan komt de
Jeugdadviesraad voor de moeilijkheid te staan over deze zaak via die
man te moeten praten. Daarom geloof ik dat het juist verstandig is
de onafhankelijken hierin te zetten.
De eerste acht plaatsen op de lijst, dus de eerste vier leden en
plaatsvervangende leden, zijn bezet op aanbeveling van de stichting
Jeugd- en Jongerencentrum die deze jongelui heeft voorgesteld. De
overigen hebben wij zelf moeten vinden via allerlei organisaties, door
tips en door te gaan kijken op plaatsen waar veel jongelui samenkomen,
waar wij hebben gevraagd of zij interesse hadden. Zo zijn wij tenslotte
gekomen aan een lijst van elf leden en elf plaatsvervangers en ik kan
wel zeggen dat dat geen gemakkelijk karwei was, integendeel, dat
was een heel moeilijk karwei en wij zijn bijzonder blij dat wij deze
jongelui bereid hebben gevonden. Ik heb reeds gezegd dat ik al een
gesprek met deze jongelui heb gehad, om ze te laten zien wat er
eigenlijk te koop is, maar dat was voor mij ook een soort kennisma
king met de jeugd die in de Jeugdadviesraad zal gaan zitten. De op
merkingen die zij maakten in die eerste vergadering zijn voor mij
aanleiding te zeggen dat ik geloof dat de jeugd met deze Jeugdadvies
raad nieuwe stijl bijzonder tevreden kan zijn.
Ook over de openbaarheid die de heer von Schmid heeft genoemd,
hebben wij al eerder gesproken. Ik heb hem toen gezegd dat die open
baarheid niet van ons afhangt, maar dat ik de Jeugdadviesraad, wanneer
die eenmaal is benoemd, zal vragen of deze in een bepaald geval of
in alle gevallen openbaarheid wenst. Dit ligt ongeveer op dezelfde
lijn als de vraag van de heer Kramer of de notulen bekendgemaakt
kunnen worden. Ik ben namelijk van mening dat dit dingen zijn die
de Jeugdadviesraad zelf zal moeten bepalen.