437
25 JUNI 1970
Er zijn enkele posten zoals "reserve woningbedrijf", "reserve gemeen
schappelijk fonds" en "reserve sanering binnenstad" die mijns inziens een
andere bestemming kunnen krijgen. De eerste wordt aan de algemene
dienst toegevoegd. Het gemeenschappelijk fonds zou, na overleg met
het rijk, kunnen worden gebruikt voor verbetering van de volkshuisvesting.
Van de reserve sanering binnenstad is zelfs, zoals het college in het pre
advies stelt, de ontstaansgrond niet meer te achterhalen. Ik ben geneigd
hieraan toe te voegen: zo noodzakelijk is het.'
Hoewel ik bereid ben met de toevoeging van de reserve woningbedrijf
aan de algemene reserve akkoord te gaan, zou ik daarbij toch dit voor
behoud willen maken dat ik na bestudering van de problemen rond de
volkshuisvesting op deze toevoeging aan de algemene reserve en het
gebruik van de twee andere genoemde reserves op een later tijdstip wil
terugkomen.
De gedachten van het college komen overeen met de bij mij bestaande
opvatting, als ik het goed gelezen heb op pagina 5 van het stuk.
Vervolgens wil ik nog enkele woorden wijden aan het onderhouds-
fonds schilderwerk politiebureau. Hoewel de noodzaak van het creëren
of het laten voortbestaan van deze post mij niet aanspreekt, wil ik daar
tegen geen bezwaar maken. Ik zou dit onderhoudsfonds echter niet tot
alleen het schilderwerk beperkt willen zien. Ik stel u derhalve voor
deze reserve aan te duiden .als "onderhoudsfonds politiebureau".
Met betrekking tot het openbaar slachthuis het volgende. Bi] de
officiële ingebruikneming van het grotendeels vernieuwde slachthuis
heb ik uit de mond van een der sprekers vernomen dat het slachthuis,
dat in principe een rendabel bedrijf moet zijn, de eerste jaren wegens
overcapaciteit ten dele onrendabel kan zijn. Onderschrijft het college
deze mening en acht het de thans aanwezige post reserve onderhoud
en vernieuwing slachthuis voldoende? Ik zou mij kunnen voorstellen
dat het niet-rendabele deel als gevolg van de bouw van overcapaciteit,
indien dit juist is, niet geheel aan de deelnemers kan worden doorbe
rekend.
Met betrekking tot de risicoreserve stelt het college dat deze reserve
verplicht is. Kan het college aangeven, uitgedrukt in geldeenheden,
hoe groot het plafond van deze risicoreserve moet zijn? Indien een
voortdurend accrès nodig blijkt, is het dan zinvol daar vrijwillig de
posten "reserve rentenadeel 142/162 woningen" en "dubieuze debiteuren"
-- in totaal een post van 568. 000, - - aan toe te voegen?
Wat betreft de gemeentelijke sociale dienst zal ik gaarne metter
tijd vernemen welke verplichtingen verbonden zijn aan de aangegeven
twee legaten.
Met belangstelling wacht ik het antwoord van het college af. Gesteld
kan worden dat ik in algemene zin instem met het tot nu toe gevoerde
beleid. Ik stel het op prijs wanneer jaarlijks aan de afdeling financiën
of zo mogelijk aan de gemeenteraad, een specificatie van de in stand
gehouden reserves, fondsen en waarborgsommen wordt verstrekt, zodat
wij deze posten periodiek aan een beschouwing kunnen onderwerpen.