466
25 JUNI 1970
ambtenaren en dat is niet slecht bedoeld. In het kader van de ontwikkeling
van de democratiseringsgedachte zal het loketsysteem beslist moeten ver
dwijnen. Er zal een andere sfeer moeten komen. Een ambtenaar heeft
naar de opvatting van de bevolking te maken met bureaucratie, maar de
bevolking weet vaak niet welke moeilijke taken de ambtenaren moeten
uitvoeren. Toch moeten wij ons er van bewust zijn dat de overheid in een
glazen huis leeft, té formeel handelen is fout. Ik ben mij ervan bewust
dat dit veel van het personeel en in het bijzonder van de chefs eist, maar
goede public relations zijn noodzakelijk. Wij moeten desnoods via cur
sussen, zoals bij grote bedrijven wel gebeurt, onze mensen opvoeden
tot ambtenaar-nieuwe stijl, want openheid is een normale zaak geworden.
De ambtenaar heeft een plicht ten opzichte van de gemeenschap, realise
ring van een en ander eist veel begrip en veel studie. Het ambtelijk appa
raat zal moeten leren luisteren en motiveren en niet botweg "neen" moeten
verkopen. Zij zullen een zodanige delegatiebevoegdheid moeten krijgen
van hoog tot laag, dat er in de functie menselijke vrijheid is en verant
woordelijkheid kan worden beleefd. Ter aanbeveling wil ik nog noemen
het pas uitgekomen rapport-Biesheuvel over de heroriëntatie van de
overheidsvoorlichting, waarvan de conclusie is: a. de overheid heeft de
plicht de burger in te lichten, en b. de burger heeft recht op informatie.
Gaarne vraag ik aandacht voor het dienstbetoon.
Ik ben hiermee gekomen aan de laatste paragraaf van mijn betoog.
Resumerend zeg ik dat het geheel getuigt van begrip voor de zelf-ont-
plooiing van de ambtenaar. De nota verdient een kans te krijgen, de nota
kijkt bewust vooruit, er zijn waarborgen ingebouwd voor het voeren van
een verantwoord personeelsbeleid en het continuëren daarvan.
Nieuw is de personeelsfunctionaris die bij een aantal diensten kan
worden aangesteld. Reeds twaalf dagen geleden zag ik de eerste advertentie
voor een personeelsfunctionaris bij de dienst van openbare werken, maar
dit tussen haakjes. Ik hoop dat er geen kortsluitingen zullen ontstaan. Het
zit er in de aanloopperiode wel in, maar gelukkig is er dan weer het geor
ganiseerd overleg dat, gezien de ervaringen in het verleden, zeker positief
zal willen meewerken om deze zaken uit de weg te ruimen. Alles draait
om een gezaghebbende afdeling personeelszaken, waaraan ik op dit moment
beslist niet twijfel. Het is mede de taak van het college ervoor te zorgen
dat de afdeling personeelszaken met gezag in een sfeer van vertrouwen
kan blijven werken.
Hetgeen op de laatste bladzijde van de nota staat is geen kleinigheid
en dat wordt dan nog maar een begin genoemd. Met de gegevens op blad
zijde 16 moet de nota waar worden gemaakt. Ik hoop van harte dat het
lukt, omdat dit het personeel ten goede zal komen. Ik hoop dat het geen
valse start zal zijn.
De heer MELZER: Ik heb deze groene nota, waarvan ik aanvankelijk
dacht dat die bestemd was voor nieuwe raadsleden, met bijzonder veel
aandacht gelezen, maar ik ben toch wel een beetje boos op u, mijnheer
de voorzitter. Zojuist heb ik van de heer Kramer gehoord dat deze nota
is behandeld in klein overleg en drie maal in het groot in het georganiseerd
overleg. Misschien was men van mening dat de overige raadsleden weinig
belangstelling hebben voor personeelszaken, maar dan heeft men het beslist