469 25 JUNI 1970 denken aan bepaalde concrete gevallen, maar in ieder geval til ik er heel zwaar aan dat men met een enorme omhaal van woorden heel goede dingen stelt, dat staat voorop, maar dat men wanneer men tot de enige juiste conclusie moet komen dat er dan ook inderdaad een orgaan moet komen dat voldoende gewicht heeft om dit alles door te voeren, ineens neen zegt. Alleen dat al is voor mij een aanwijzing dat het heel moeilijk zal zijn er in de praktijk iets van terecht te brengen. De heer DE GIJSEL Ik wil gaarne nog een opmerking maken met betrekking tot de voor ons liggende personeelsnota. Op bladzijde 10 onder D. staat dat personeelsbeheer en -registratie via de computer zal geschieden. Ik zie hierin vele bezwaren. De mogelijkheid bestaat namelijk dat iemand die de code van deze computer kent alle persoon lijke gegevens die in de computer verwerkt zullen worden te weten kan komen. Het komt mij voor dat wij, wanneer dit systeem zal worden toegepast, uiteindelijk in de sfeer zullen geraken van "grote broer", zoals door Orwell in zijn boek getekend. Hiertegen meen ik ernstig te moeten waarschuwen. De heer BA YENS: Ik wil mij graag aansluiten bij de woorden van de heren Kramer, Spanjer en von Schmid, die geen bezwaar hebben gemaakt tegen de nota, maar die wel hebben gezegd dat deze in weinig leesbare taal is geschreven, zeker voor veel mensen. Ik heb er begrip voor dat een dergelijke nota niet kan worden geschreven in de gedachte en de sfeer van de fabeltjeskrant. Ook andere nota's waren in het verleden vaak moeilijk leesbaar. Zou het in de toekomst niet mogelijk zijn lang zamerhand tot een begrijpelijker redactie te komen? De VOORZITTER: Ik wil beginnen de nogal belangrijke opmerkingen die zijn gemaakt enigszins te verduidelijken. Mevrouw Stockmann heeft woorden van lof gesproken, waaraan de heer Kramer woorden van waar dering heeft toegevoegd. Ik spreek hiervoor mijn dank uit, maar verder neem ik daar afstand van en zal ik proberen de verschillende punten zoveel mogelijk te behandelen. De heer Kramer heeft het gehad over medezeggenschap. Het is de raad bekend dat er in de diverse diensten medezeggenschapscommissies zijn, die verband houden met het reglement en ook een binding hebben met de vakorganisaties. Dat is natuurlijk niet de enige vorm van mede zeggenschap. Het is onze bedoeling met deze nota duidelijk te maken dat er zowel horizontaal als vertikaal communicatie is en dat er bespre kingen worden gevoerd, zodat men mee kan praten over de dienstver richting en de werkuitvoering. Natuurlijk gebeurt het nog niet overal, maar deze nota heeft wel de bedoeling aan te geven dat dit door het college in het gemeentelijk apparaat wordt bevorderd en dat de diensten en bedrijven er doodgewoon aan zullen moeten wennen voor zover dat nog nodig is. Carrièreplanning is een lange weg. Men moet natuurlijk niet denken dar er nog niet aan carrièreplanning wordt gedaan, natuurlijk gebeurt dat, maar hiervoor is veel meer nodig dan wat wij op dit moment doen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1970 | | pagina 469