568
16 JULI 1970
niet alleen de voordelen geniet en de nadelen aan anderen overlaat
als alleen het winkelcentrum door de firma gerealiseerd wordt en de
randbebouwing wordt nagelaten. Ik zou graag verduidelijkt willen zien
welke voordelen verbonden zijn met de bouw van drt winkelcentrum
en welke gunstiger voorwaarden wij eventueel gesteld hebben met betrek
king tot de bouw van dit winkelcentrum.
Wij hebben voorts uitvoerig gesproken over het: betalen van de rente.
In het voorstel hebben wij gelezen dat tot nu toe rente betaald is door
de firma. Welke rente is dat? Wordt er nog rente betaald vanaf het mo
ment dat wij dat besluit nemen? Ik meen dat er met betrekking tot het
bedrag voor het winkelcentrum een regeling is voor de rentebetaling.
Wij hebben echter het idee dat er vanaf nu tot 1 januari 1973 geen rente
meer betaald zal worden voor de gronden die wij blijven reserveren voor
de randbebouwing. Wordt dit, als ik dit juist gesteld heb, gecompenseerd
door het brengen van de uitgrfteprijs voor de gronden op een hoogte die
wij telkens zullen vaststellen?
In het stuk staat dat de inkomsten die te zijner trjd urt het benzine
verkooppunt verkregen zullen worden niet meer zullen toevallen aan de
firma maar aan de gemeente. Welke betekenis zou naar de mening van het
college deze inkomsten kunnen hebben en aan welke bedragen denkt men
in dir verband?
De heer SPANJER: Bij het maken van een aantal opmerkmgen over
dit voorstel zou ik willen uitgaan van de feitelijke situatie. Destijds
hebben wij met Zeebregts' een overeenkomst aangegaan, uiteenvallende
in twee delen, namelijk een winkel centrum en een randbebouwing, voor
een totale vaste prijs. De eerste fase van het winkelcentrum zal binnenkort
gereed komen en de tweede fase zal spoedig een aanvang nemen. Ten
aanzien van de randbebouwing treden nu moeilijkheden op. Door de ver
traging van de bouw, mede veroorzaakt door de sterke stijging van de
rentevoet, bestaat geen interesse voor flatbouw bij de beleggers in het
algemeen en mede door de kosten van de b. t. w. zijn moeilijkheden
ontstaan bij het rondkrijgen van deze zaak, er kunnen namelijk niet
voldoende beleggers worden aangetrokken.
Zeebregts' vraagt ons hem te ontslaan van de verplichting van de
realisering van de randbebouwing. Voorgesteld wordt daar in ieder geval
niet mee akkoord te gaan. Burgemeester en wethouders stellen wel dat
de moeilijkheden waarvoor Zeebregts geplaatst is reëel zijn en dat men
tengevolge van die moeilijkheden het realiseren van in het bijzonder
de torenflats moet zien als een vrijwel onhaalbare zaak. Als alternatieve
oplossing wordt voorgesteld een tijdelijke regeling -- tot 31 december a.s.
om nog tijd te hebben eventueel andere gedeelten van de grond te kunnen
inkopen -- gedurende welke Zeebregts beschouwd wordt als een normale
gegadigde voor bouwterreinen. Dat wil zeggen dat bij afname de normale
grondprijs -- naar bestemming en oppervlakte -- in rekening wordt ge
bracht. De afnameverplichting -- het voornaamste uit het oorspronkelijke
contract -- blijft echter bestaan. In feite wordt de betaling van een door
lopende rente er uitgelicht. Verder wordt geredeneerd: "Tevens verkrijgt
men dan een prijsvaststelling, meer aan de huidige toestand aangepast".