588. 16 JULI 1970. branden, ik weet niet of u ooit van Dresden hebt gehoord -, was een bijzonder gevaarlijke situatie ontstaan, want wanneer benzine brandt, trekt het benzine aan, laat ik het zo maar zeggen. Er was een bijzon der gevaarlijke situatie, ook al ging het maar om een Tuinbouwschool, en ik heb dit erg hoog opgenomen. U geeft geen antwoord op de kern van mijn vragen. De politie heeft alles gedaan wat zij kon, ik heb er zelf aan meegewerkt, maar er was geen houden aan. De nieuwsgierige me nigte drong op en het zou bijzonder gevaarlijk zijn geworden als het benzinestation in moeilijkheden zou zijn geraakt. Dat was in het ge heel niet denkbeeldig. Ik vind deze wijze van beantwoorden van vra gen beslist onbehoorlijk. Ik zou graag antwoord willen hebben op de vraag waarom men niet ineens de zaak heeft afgezet. Daardoor zou het ook de politiemensen gemakkelijker zijn gemaakt. In het antwoord staat voorts dat te 20.30 uur de brand werd ont dekt. De brand was om 20,15 uur begonnen, dat is door drie van onze mensen waargenomen. Ik wil het tijdstip in het midden laten, omdat dat niet de kern van de vraag is. De kern van de vraag is waarom niet meteen een veel groter gebied is afgezet. Het was nu maar een klein blokje dat in beginsel door de agenten is afgezet. Naar mijn oordeel is dit een fout geweest. De heer VON SCHMID: Er is onrust ontstaan over de kinderspeel plaatsen, niet alleen in Breda, maar ook hier is het actueel. Het gaat namelijk over de gevaren als gevolg van de betegeling onder de klim- rekken. Dit zal u bekend zijn naar aanleiding van artikelen in de krant. Sinds vorige maand hebben wij een stuk in handen van de werkgroep "Upelaar" van de sociale academie "Markendaal", waarin ook op de ze zaak wordt ingegaan. De strekking hiervan is eigenlijk: verwijder de tegels en maak een andere ondergrond. Daarvoor zijn verschillende mogelijkheden. Dit onderwerp is in Breda nog niet doorgedrongen, want op het- ogenblik worden nog speelterreinen aangelegd met betegeling; in de Amerongenstraat wordt op het ogenblik een dergelijk speelterrein ingericht. Ik zou willen vragen of het college wil overwegen in Breda, evenals in andere steden gebeurt, een andere ondergrond aan te leggen op de kinderspeelplaatsen. Mijn tweede vraag gaat over hetzelfde onderwerp als de vragen van de heer Spanjer. Ik wil de vraag echter iets meer toespitsen. Het gaat over de Gildewijk. Ik zou de vraag van de heer Spanjer zo wil len toespitsen dat aan een delegatie van de bewoners van deze wijk wordt toegestaan aan het gesprek tussen de gemeente en het N. K.N. V. op 5 augustus deel te nemen. Het gaat er in mijn vraag dus niet om dat de bewoners zo snel mogelijk worden geïnformeerd, maar het gaat mij erom of bij het gesprek op 5 augustus een afvaardiging van de be woners aanwezig kan zijn, omdat het om hun woningen gaat. De heer VAN WERKHOOVEN: Als gevolg van het doortrekken en de reconstructie van de Doornboslaan is de jeugd in die omgeving van een stuk speelterrein beroofd. Het bouwterrein dat ligt tussen de Doorn boslaan en de Vuchtstraat ter hoogte van de Liniestraat, is bestemd voor hoogbouw. Naar verluidt zal de bebouwing van dit terrein nog

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1970 | | pagina 588