621. 13 AUGUSTUS 1970. hoeveelheid papier die daarover al is vuilgemaakt. De heer Van Duijl heeft al gezegd dat de stapel dossiers een hoogte van een halve meter heeft bereikt. De heer MELZER: Ik heb er een extra kast voor moeten kopenl De heer KROON: De heer Melzer heeft er al een kast voor ge- kochtl Dat neemt niet weg dat ik toch meen een paar opmerkingen te moeten maken. Met de heer Van Duijl ben ik blij dat deze zaak een bepaalde mate van afronding heeft bereikt, zij het dat wij op een paar punten nog even in het onzekere blijven verkeren. Ik acht het een goede zaak dat wij destijds zijn overgegaan tot de instelling van de beide commissies, omdat er op een of andere wijze toch sprake was van een communicatiestoornis. Er was veel onbehagen, mede omdat er, zoals tijdens de behandeling in de commissies wel is gebleken, van de zijde van het energie- en waterbedrijf werkelijk onvoldoende voorlichting is geweest op sommige punten. Daarom is het goed dat wij met de betrokkenen aan tafel zijn gaan zitten en dat wij deze zaak volledig hebben kunnen doorpraten, waardoor er naar mijn me ning ook bij de verbruikers een veel beter begrip is gekomen. Op een gegeven moment zijn wij tot de overtuiging gekomen dat er een onpartijdig technisch adviesbureau diende te worden ingescha keld. Wij hebben ons daar volledig achter gesteld, wij hebben zelfs gesteld - ik meen dat dit ook door anderen is gezegd - dat wij de uitkomsten van dat rapport gezamenlijk zouden aanvaarden. Wanneer ik dan de samenvatting van dat rapport en de conclusies lees, zie ik dat op bladzijde 24 van het rapport van het bureau Van Heugten staat: "Resumerende zouden wij willen stellen dat de aanwezige installaties vele onvolkomenheden vertonen. Deze installaties zullen normaal voldoen wanneer de onder 6. genoemde noodzakelijke verbeteringen zijn aangebracht". Er is wel eens gesproken over wanprestaties en dergelijke, maar daar is in het rapport totaal geen sprake van. Er zijn onvolkomenheden en die worden opgesomd onder punt 6. van dat rapport. In de nu aangeboden nota vinden wij die wederom terug, waarbij het college voorstelt die onvolkomenheden in orde te maken. Daarmee gaan wij vanzelfsprekend volledig akkoord. Natuurlijk is er ook overleg geweest met de commissie over en kele ondergeschikte punten. Onze fractie is dan ook^/an mening dat - hoewel mijn fractiegenoot als lid van de commissie en van de af deling voor het energie- en waterbedrijf waarschijnlijk nog wel op enkele punten wil ingaan - het krediet dat beschikbaar moet worden gesteld volledig aanvaardbaar is. Wij zijn zelfs bereid ermee akkoord te gaan wanneer zou blijken dat dit krediet moet worden verhoogd omdat er enkele pro-memorieposten in staan, omdat wij er zeker van zijn dat het volkomen in orde is en dat de misère daarmee tot het verleden zal behoren. Wat de vaststelling van de nieuwe warmteverordening en de daar in genoemde voorwaarden betreft stellen wij vast dat wij in de rich-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1970 | | pagina 621