28 AUGUSTUS 1970 696 De heer VAN WERKHOOVEN: O, volgens de Vara waren het er vier duizend. Wethouder VERMEULEN: De heer Melzer zegt 2000 en de Vara 4000, dus als u in het midden gaat zitten zit u wel goed.' De heer VAN WERKHOOVEN: Goed, laten wij dan het gemiddelde maar nemen en het op 3000 houden. In elk geval blijkt dat die hal voor dergelijke evenementen prachtig te gebruiken is. Ik zou bijvoorbeeld ook nog het carnavalsfeest voor de bejaarden kunnen noemen, dat zijn de eve nementen die ik op het oog heb. Ik weet ook wel dat dat niet in een vloek en een zucht voor elkaar te krijgen is, ik wil alleen de richting aangeven omdat ik er van overtuigd ben dat op die manier een leuk exploitatie - voordeel te behalen valt. Dan wil ik nog even ingaan op die aandelenkwestie. De wethouder heeft meegedeeld dat de verhouding 60-40 is en ik geloof dan ook dat die 5-3 formatie in de raad van commissarissen er wel mee door kan. Ik moet er wel bij zeggen dat het aandelenkapitaal maar klein is, maar dat de gemeente voor zover mij bekend financieel gezien voor 90 aansprakelijk is en dan moeten wij dus nagaan of wij naar dat kleine aandelenkapitaal moeten kijken of naar die 90% financiële aansprake lijkheid. Dat is natuurlijk een kwestie waarover men kan debatteren. Wat tenslotte de winst betreft zijn wij er van overtuigd dat het congres gebouw nooit een object zal worden dat winst oplevert. Wij hopen van wel, maar gezien de ervaringen in andere steden en landen hebben wij er geen vertrouwen in. Ik wil echter wel opmerken dat, als er ooit van winst sprake zal zijn, die allereerst zal moeten worden gebruikt voor het consolideren van de verliezen. Ik zou graag willen weten of de wethouder dat met mij eens is. De heer BROOIMANS: Allereerst ben ik de wethouder zeer erkente lijk voor het feit dat hij op een buitengewoon heldere wijze veel duide lijkheid heeft verschaft in het cijfermateriaal. In feite zijn vandaag alleen de stichtingskosten aan de orde, aldus de wethouder, en dan moet ik zeggen dat hij daarin theoretisch gelijk heeft. Praktisch betekent het echter dat wij vandaag orde op zaken hebben gesteld. Wij hebben de financiële gaten gedicht, zoals ik straks een beetje onparlementair heb gezegd. Ik meen dat het een goed ding is dat de raad de gang van zaken met de exploitatie van het Turfschip in de toekomst op de voet zal kun nen volgen. Per slot van rekening is Het Turfschip N.V. een zaak, een economisch gegeven. Bovendien is het een zaak die een miljoenen investering heeft gevraagd. Ik vraag mij dan ook af wat er op tegen is -- daarom herhaal ik mijn verzoek --de raad regelmatig over de gang van zaken bij het Turfschip in te lichten. De heer VAN CAULIL: Op een punt heeft het betoog van de wethouder mij niet geheel tevreden gesteld. Ik kan mij voorstellen dat de aanloop kosten door verschillende omstandigheden hoger worden, maar het wil er bij mij echt niet in dat men aanschaffingen doet zonder daarvoor vooraf krediet te vragen, vooral als het om dergelijke grote bedragen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1970 | | pagina 696