15 OKTOBER 1970. 760 ken aan het openbaai verkeer. Daarbij heeft iedere burger alsnog de gelegenheid om zich daartegen te verzetten. Waarover wij vanavond echter moeten besluiten is of wij kiezen voor een ahob of voor een voetgangerstunnel, waarbij, zoals men op pagina 2 van het stuk heeft kunnen lezen, een termijn is gesteld. Daar staat: "De vereiste voorbe- reidings- en bouwtijd voor een voetgangerstunnel bedraagt 18 maan den en gezien het tijdstip waarop het werk voltooid moet zijn, zouden wij uiterlijk in november 1970 aan de Nederlandse Spoorwegen moeten kunnen berichten dat het werk mag worden uitgevoerd en dat het plan met bestek door ons college wordt ingewacht". Wij kiezen vanavond dus voor een tunnel of voor een ahob. Als men "nee" zegt tegen dit voorstel, komt er een ahob. Met alle respect voor de opmerkingen van de heer Van Werkhooven geloof ik dat een ahob in de weg als de Oosterhoutseweg, waaibij men er ook rekening mee moet houden dat, zoals hijzelf ook al gememoreerd heeft, te eniger tijd de noordelijke rondweg vanaf de Tilburgseweg achter de spoorwegovergang om in de richting Oosterhout gaat, een heel wat gevaarlijker verkeerssituatie ten gevolge heeft dan wanneer de overweg wordt afgesloten, waarbij dus voor voetgangers de mogelijkheid blijft bestaan het verkeer tussen de twee weggedeelten te onderhouden. De heer Van Werkhooven zegt dat het interessant zou zijn cijfers te krijgen over de intensiteit van het verkeer dat nu nog gebruik maakt van deze weg, Dit zou mijns inziens echter een verteken4 beeld geven - als het al zou zijn zoals hij verwacht, wat ik niet gelóóf - want men moet uitgaan van de toestand die ontstaat wanneer de nieuwe noordelij ke rondweg de mogelijkheid schept voor het verkeer uit de richting Til burg om voor de driesprong en voor de overweg af te buigen in de rich ting van Oosterhout. Ik geloof dat wij dan in alle redelijkheid mogen verwachten dat het verkeersaanbod op dit punt belangrijk minder zal worden, terwijl het verkeer vanuit de stad in de richting van Ooster hout altijd gebruik zal kunnen maken - daar is de noordelijke rondweg voor bedoeld - van een van de invalswegen die op de noordelijke rond weg uitkomen, waarna het via de noordelijke rondweg en de Ooster houtseweg in de richting Oosterhout kan. Voor de mensen die aan weerszijden van de overweg wonen zal mogelijk enig ongemak ontstaan, dat was in de Vuchtstraat uiteinde lijk ook het geval, maar de vraag is of dit geringe nadeel opweegt tegen het belangrijke voordeel van de grotere verkeersveiligheid. De heer Van Werkhooven kondigt nu al aan dat er verkeerslichten zullen moeten ko men. Ik heb in het verleden al gezegd dat wanneer de aansluiting van de Tilburgseweg op de noordelijke rondweg te eniger tijd gerealiseerd zal zijn, ook daar verkeerslichten zullen moeten komen. In dat opzicht ben ik het dus helemaal met hem eens en is dit de bevestiging van een standpunt dat het college destijds al heeft ingenomen. De heer Van Werkhooven vindt 500.000, -- een heel bedrag, waarbij hij vraagt of wij dit hieraan moeten besteden. Dat hangt van de keuze van de raad af. Wij vinden van wel. Omdat die ahob niet doorgaat krijgen wij een bijdrage van de N. S. tot een bedrag van 200. 000, -- en als wij in de toekomst ooit nog eens zouden beslui ten daar toch een kruisingsvrije overgang te maken, dan garandeer ik

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1970 | | pagina 760