817
12 NOVEMBER 1970
het feit bekend was dat nu door de heer van Caulil naar voren wordt
gebracht en dat hij ook in de afdeling heeft naar voren gebracht.
Niet DIT verkooppunt komt echter 500 meter verder, maar EEN ver
kooppunt van de genoemde bierbrouwerij. Wij zouden dan ook moeten
proberen te bewijzen dat de brouwerij niet het voornemen had dat andere
verkooppunt met anderen te bemannen en daar een nieuw verkooppunt
te beginnen.
De heer VAN CAULIL: Ik wil niet onvriendelijk zijn, maar ik moet
nü beslissen en mij is het wel bekend.'
Wethouder VAN DUN: Akkoord, ik ben blij met uw informatie, maar
dit geeft ons geen materiaal in handen om te kunnen zeggen dat hier sprake
is van een onrechtmatige daad. Hier ontstaat gewoon een nieuw verkoop
punt. Dat zou ik ook aan mevrouw van Nes willen zeggen: het is niet dit
verkooppunt, want dat is weg en de schade wordt bepaald door het feit
dat de brouwerij een verkooppunt verliest. Dat is gewoon een feit waar
naar wij moeten handelen en verder kan ik er niets aan toevoegen.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het
voorstel van burgemeester en wethouders besloten, onder aanteke
ning dat de heer van Caulil geacht wil worden daartegen te hebben
gestemd.
9. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET BE
SCHIKBAARSTELLEN VAN EEN KREDIET AD f 12. 000, -- TEN
BEHOEVE VAN HET TREFFEN VAN HERSTELLINGSWERKZAAM
HEDEN AAN HET PAND KERKHOFWEG 119.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt over
eenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten.
10. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT WIJZIGING
VAN HET REGLEMENT VOOR HET COLLEGE VOOR DE VERLENING
VAN BIJSTAND.
De VOORZITTER: Ik zou in dit verband willen opmerken dat er
een brief is binnengekomen van het Nederlands Katholiek Vakverbond
en ik neem aan dat die u is toegezonden zodat u daarvan kennis hebt
kunnen nemen. Ik hoef deze brief dus niet voor te lezen. Vervolgens
wil ik u erop wijzen dat u op uw tafel een nieuwe redactie van artikel 15
hebt gevonden, waarin u kunt constateren dat er in het eind van dit ar
tikel een wijziging is aangebracht. Wanneer er gestemd moet worden
over de personen die zijn genoemd op pagina 2 van het voorstel, ver
zoek ik u gebruik te maken van de stembiljetten die straks zullen wor
den uitgereikt. Dan is nu het woord aan wethouder de Raaff, die vooraf
nog een mededeling over dit voorstel zal doen.