863
17 DECEMBER 1970
het voor zoveel mogelijk mensen mogelijk te maken bij de vergadering
direct aanwezig te zijn. Ik wil dan nu alsnog vragen naar een andere
geschikte ruimte te zoeken. Als voorlopige oplossing zouden wij dan
maatregelen kunnen nemen zoals die in uw preadvies worden genoemd.
Daarmee is echter naar mijn oordeel geen definitieve oplossing ver
kregen.
De VOORZITTER: Mag ik uit uw woorden afleiden dat u tegen het
onderhavige voorstel geen bezwaren hebt?
Mejuffrouw PAULUSSEN. Als voorlopige maatregel.
De heer JANSEN: Een groot aantal mensen is meer ingesteld op
audio-visuele dan op auditieve waarneming. Wanneer wij niet op zeer
korte termijn een betere voorziening kunnen treffen voor de burgers
die de raadsvergaderingen willen bijwonen, zou het gewenst zijn een
minder slechte noodoplossing te vinden, die aan het gebrek aan visueel
contact enigermate tegemoetkomt. Ik. heb mij hierover deskundig laten
voorlichten en zonder merknamen te noemen mag ik u erop wijzen dat
wij voor goed 6. 000, -- een t. v.-camera met zoomlens, een beeld-
bandrecorder en 2 t. v. -toestellen van 61 cm inclusief bijbehorende
geluidsapparatuur en B. T. W. hebben. Een uitgave van 5. 000, --
voor een aantal luidsprekers met een versterker komt mij vooralsnog
belachelijk voor. Ik verzoek u derhalve het voorstel terug te nemen
en met een nieuw, deskundig en technisch vollediger, voorstel te
komen.
De heer VAN OS; Het zitten op de publieke tribune is, zoals zojuist
al is opgemerkt, niet erg aangenaam. Alleen op de voorste rij is men,
met wat vooroverbuigen, in staat de gehele raadszaal te overzien. Ik
heb een paar schetsen gemaakt en het lijkt mij mogelijk in deze zaal
een geheel andere rangschikking te maken -- dat zal wel wat moeilijkheden
opleveren -- waardoor het mogelijk is vanaf de publieke tribune de gehele
raad te overzien. Bovendien is het mogelijk de opstelling dusdanig te
wijzigen dat een t. v. -camera op de tribune kan worden geplaatst zodat
bij overmatige belangstelling in de receptiezaal of elders een t.v. toestel
kan worden geplaatst. Ik voel dan ook zeer veel voor het voorstel van de
heer Jansen en ik wil daarbij aantekenen dat de video-recorder die de heer
Jansen noemde niet strikt noodzakelijk is. Dat zou het geval zijn als wij
het beeld op de band willen vastleggen en dat lijkt mij niet in alle op
zichten noodzakelijk. Wanneer wij de video-recorder weglaten komen wij
op een lager bedrag dan het bedrag dat in dit voorstel is uitgetrokken voor
een versterker en luidsprekers. Ik heb overigens bij dit voorstel de tech
nische toelichting gemist. Ik heb mij onder meer afgevraagd waar die
ontkoppelingsvoorzieningen zullen worden aangebracht. Ik heb mij ook
afgevraagd of dat een eventuele wijziging van de indeling van deze zaal
niet zou bemoeilijken.