893 17 DECEMBER 1970 toezicht op de gang van zaken en wie houdt de boel schoon? Gebeurt dit door mensen in dienst van het tennispark, i. c. de gemeente? De heer VAN OS: Mijn vragen komen vrijwel overeen met die van mevrouw Jager. Het is mij uit het voorstel niet geheel duide lijk geworden hoe dit gebouw zal worden gebruikt. Ik heb begrepen dat ae gemeente een gebouw neerzet en dat ter beschikking stelt aan deze jeugdgroep. Daaruit volgen dus de vragen die ook al door mevrouw Jager zijn gesteld. Zijn er ook andere gebruikers, hoe wordt dat geregeld? Onlangs hebben wij een voorstel gehad waarin een be paalde groep zelf een gebouw zette en daarvoor een aanzienlijk be drag zelf bijeen had gebracht. Is dat hier niet het geval? Hoe zit het met het eigendom en de huur? Wethouder MANS: Er is een aantal technische vragen gesteld. In de eerste plaats heeft mevrouw JSger gevraagd waarom dit voor stel niet aan de orde is geweest in ae afdeling voor openbare wer ken. Ik verzoek u mij te corrigeren als ik het mis heb, mijnheer de voorzitter, maar ik meen dat het college bepaalt in welke afdeling een voorstel aan de orde zal komen en het is wat dit voorstel betreft mijns inziens duidelijk dat het belang van de afdeling voor jeugd en sport uitdrukkelijk prevaleert boven het belang van de afdeling voor openbare werken. Dat is ook het motief geweest om het in de afdeling voor jeugd en sport aan de orde te stellen. Op de vraag van mevrouw JSger over de huursom kan ik heel kort antwoorden: die bedraagt 1900,-- per jaar. Het antwoord op haar vraag of ook andere groepen die eventueel van dit gebouwtje gebruik maken huur moeten betalen luidt kort en krachtig: ja. De heer VAN DER WERFF: Aan wie? Wethouder MANS: Aan dezelfde instantie waaraan ook de Charles de Foucauldgroep huur betaalt. Op de vraag van mevrouw Jager wie het gebouwtje zal schoon houden moet ik het antwoord schuldig blijven, ik weet het niet. Ik meen dat ik hiermee ook de opmerkingen van de heer van Os heb beantwoord, maar als dat niet het geval is hoor ik het graag in tweede instantie. De heer VAN OS: Het antwoord van de wethouder heeft de zaak voor mij niet veel duidelijker gemaakt. Ik heb gevraagd wie de eigenaar is van het gebouwtje en aan wie de huur moet worden betaald. Als andere groepen van het gebouwtje gebruik maken, moeten die dan betalen aan de Charles de Foucauldgroep, of aan de gemeente? Hoe is de verdeling van de gebruikstijd geregeld? Mevrouw JSGER-MIDDELBEEK: Ik heb dezelfde vragen, waarop ik een wat duidelijker antwoord zou willen hebben. Verder meen ik

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1970 | | pagina 893