899 17 DECEMBER 1970 47.VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT VERKOOP VAN WONINGWETWONINGEN. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt achter eenvolgens overeenkomstig de voorstellen van burgemeester en wet houders besloten. 48 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT ONGE- GRONDVERKLARING VAN HET DOOR H. J. VAN GESTEL, WO NENDE TE BA VEL (GEM. NIEUW-GINNEKEN) GILZEWEG 8, IN GEDIENDE VERZOEK OM VOORZIENING' TEGEN DE AANSCHRIJ VINGEN TOT WONINGVERBETERING VOOR HET PAND DILLEN BURGSTRAAT 111. De heer JANSEN: Naar aanleiding van het gestelde op pagina 3 onder punt 4, waar staat: "aan ons college op te dragen en er op toe te zien dat of de benodigde voorzieningen worden getroffen of de bewoning wordt gestaakt", vraag ik mij af hoe de gemeente bij onbewoonbaarverklaring denkt te voorzien in vervangende woonruimte. De laatste zin van punt 3 luidt namelijk: "Het doen staken van de bewoning is een taak welke door de eigenaren ter hand zal moeten worden genomen, omdat van gemeentewege niet voor vervangende woonruimte kan worden gezorgd. De heer QUADEKKER: In de slotzin van het voorstel staat: "Bij het niet voldoen door de eigenaren aan het sub 4 gestelde, Ik meen dat dit moet zijn-, "...aan het sub 3 gestelde..." Wethouder VAN DUN: Ik meen dat de opmerking van de heer Quadekker geen repliek behoeft, dit kan gewijzigd worden. Ten aanzien van de opmerking van de heer Jansen zou ik willen zeggen dat er natuurlijk verschil is tussen deze gang van zaken en de gang van zaken bij onbewoonbaarverklaring. In het laatste geval is de pro cedure dat de gemeente verplicht is een woning toe te wijzen. In dit geval is het duidelijk anders. U moet dit zo verstaan dat er niet voor vervangende woonruimte kan worden gezorgd, eenvoudig omdat die niet beschikbaar is gesteld gelet op de prioriteiten die wij bij het woningbedrijf hanteren. De heei JANSEN: Als ik het goed begrijp kunnen de huurders dus de dupe worden van het feit dat de eigenaar het pand niet laat ver beteren. Wethouder VAN DUN: Inderdaad. Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders Desloten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1970 | | pagina 899