17 DECEMBER 1970 924 Wanneer ik dan de wethouder verder hoor zeggen dat de raad de prioriteiten maar moet stellen en het geld voteren voor de ge meenschapsvoorzieningen en dat het college het voor en tegen moeten afwegen, dan is dat allemaal waar, maar ik meen dat ieder raads lid dat op zijn beurt ook moet doen. Wanneer de wethouder dan tot de erkenning komt dat er in het verleden contactuele moeilijk heden zijn geweest, dan vind ik het toch wel bijzonder jammer dat ik een stuk ontvang dat is gedateerd 10 december -- dus zeer recent -- dat zo bijzonder weinig informatie verschaft en mij in feite niet de gelegenheidbiedthierover een gefundeerd oordeel te geven. Die gegevens heb ik nu van de wethouder gekregen en ik kan mij voorstellen dat wanneer de raad duidelijker zou zijn geïnformeerd, wij over deze zaak veel korter hadden kunnen spreken. Ik verzoek het college dan ook nota te nemen van mijn grote teleurstelling over de slechte informatie die ik heb gehad, ondanks het feit dat ik in de leeskamer nog van enkele stukken kennis heb kunnen nemen. De heer BARIJ: Ik heb de wethouder horen zeggen dat hij het onoirbaar en zelfs onfatsoenlijk vindt om tijdens de onderhandelingen met een gegadigde aandacht te besteden aan een bod van iemand anders. Wanneer wij op die manier te werk gaan, aldus de wethouder, zou het een economisch gehuppel worden. Ik moet zeggen dat de zedelijke normen die de wethouder hanteert en die ik hanteer enigszins verschillen. Ik kan daar beslist niets oneerbaars en onfatsoenlijks in zien, maar ik vind het wel erg lastig wanneer dit zich voordoet, dat wil ik de wethouder graag toe geven. Dat is echter het systeem dat wordt gevolgd, dit risico loopt men wanneer men onderhands eigendommen gaat verkopen. Deze moeilijkheid doet zich niet voor bij openbare verkoop, maar als men deze weg kiest kan men voor dit soort verrassingen komen te staan. Het bod van de principaal van Schreuder's Woningbureau ligt nu eenmaal op tafel, ik heb in eerste instantie ook al gezegd dat de raad zelf maar moet weten wat hij met dat bod wil doen Persoonlijk heb ik echter erg veel moeite met het voorstel om nu, nu wij kennis dragen van dit nieuwe bod, het pand van de hand te doen voor 60.000,--. De heer GIELEN: De wethouder heeft gezegd dat er inderdaad fouten zijn gemaakt en hij heeft daar ook zijn excuses voor aan geboden, Ik weet niet hoe de actiegroep daarop heeft gereageerd, want wij weten niet wat er gisteravond verder is gedaan en gezegd. Het is natuurlijk niet zo moeilijk om excuses aan te bieden. Verder ben ik het eens met het pleidooi van de heer van Os dat het pand, misschien met enkele wijzigingen, mogelijk toch bruikbaar zal zijn als gemeenschapshuis. Ik zal er niet verder op ingaan, ik kan het geheel eens zijn met zijn voorstel. Tenslotte betreur ik het dat de heer van Caulil de zaak zo emotioneel naar voren heeft gebracht. Ik meen dat er vrij veel groeperingen zijn die belangstelling hebben voor dit gebouw en dat er, wanneer het eenmaal zou zijn ingericht, zeer zeker dankbaar gebruik van zou worden gemaakt.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1970 | | pagina 924